Annick Vansevenant
voor De Zondvloed Boekhandel/ R &M
Editie maart 2022
Land van sneeuw en as, Petra Rautiainen, Meridiaan Uitgevers, 2022*****
Behoorlijk bevreemdend om dit boek te lezen net terwijl een oorlog tussen Rusland en Oekraïne uitbreekt. Finland zweeft al decennia lang tussen Oost en West. Dit boek vertaalt op een literaire manier de historiek in het noorden van dat land, op het einde en net na de Tweede Wereldoorlog. De auteur zweeft, met een paar jaar verschil, tussen een totaal ander landschap en een andere politieke realiteit. De Duitsers kopieerden de tactiek van de verschroeide aarde in Finland, Lapland. Vandaar ook de titel. De ‘echte’ Finnen doen er alles aan om hun verleden te verzwijgen en verachten de Sami-bevolking.
Boeiend en beklijvend als uitgangspunt. Maar de auteur slaagt erin om emoties en gebeurtenissen adembenemend koel en sereen neer te zetten. Als de damp van een eland. Mooi van structuur, clean van tekst, scherp op snee. Een boek naar mijn hart dat bovendien nog spannend is.
Het eiland van de verdwenen bomen, Elif Shafak, Nieuw Amsterdam, 2021****
Een saga zonder weerga. De splitsing tussen Turks en Grieks op het eiland Cyprus. Uiteraard is er een romance tussen een Turkse en een Griek. Zoals de titel doet vermoeden, ontmoeten ze elkaar vaak onder een vijgenboom.
Het lijkt op een scenario voor een soapserie. Maar de auteur overstijgt gelukkig met talent de valkuil van de stationsroman. De personages zijn goed gezet, de vijgenboom krijgt een stem en het verleden en heden een brug. Vlot, toegankelijk, veel emoties en perfecte stijl. Intussen leer je veel over vijgenbomen en vijgen. Al waren de recepturen in het verhaal voor mij erover en stoorden ze het leesdebiet.
Het dubbelleven van Melenti Maschoelia, Dato Turashvilli, Cossee, 2021****
De namen van het boek en de auteur spreken voor zich. Georgië. Tbilisi. Maar uiteindelijk speelt alles zich af in Nederland. Een ietwat vreemde dialoog tussen twee Georgiërs die elkaar zoeken en niet vinden. Het zoeken heeft te maken met de oorlog. Wat deed de grootvader van de ik-figuur? Wie was zijn lief in Nederland? En wie is zijn sparringpartner daar ergens op een eiland in Nederland? Wat hebben zij gemeen? Hebben ze überhaupt iets gemeen? Het heen en weer is als een veerboot vol verwachtingen en onbegrip.
Het boek leest niet zo gemakkelijk maar is wel een heerlijke manier om Nederland te zien door ogen van mensen uit Georgië. Humor en verrassingen doen verder lezen. De plot is soms wat zoek.
Het atelier, Sarah Hall, Ambo/Anthos,2022***
De pandemie is een inspiratiebron, zo blijkt. Ook in deze roman van Sarah Hall van wie ik ‘De komst van de wolven’ een topper vond. Benieuwd dus naar de insteek van haar laatste roman. Schrijven kan Hall. Ze zet het goed en mooi neer. Toch ontbreekt iets. Ik las het opnieuw. Wat stoorde me? Waarom vond ik het niet schitterend? De personages zijn geloofwaardig, de structuur zit goed ineen en wat zij meemaken, is min of meer herkenbaar.
Uiteindelijk ging het bij mij om ‘overdrijven’ of ‘overdreven’. Alles is geloofwaardig op zich, maar samengelegd, wordt het een teveel. Een boek op toppen van de tenen. Het mist een zool.
De weg naar buiten, Arthur Schnitzler, Borgerhoff & Lamberigts, 2021****
Fantastisch mooi uitgegeven. Op zich dus een hebbeding. Ik kende de auteur louter van een historische beschouwing bij monde van Peter Gay (‘De eeuw van Schnitzler, de opkomst van de burgerij in Europa’, De Bezige Bij, 2002). We hebben het dus over Wenen ten tijde van de fin de siècle. Le beau monde. De tijd van zuchten en kreunen, van een romantiek op zijn einde, van nieuwe wetenschappelijke inzichten die later in de eeuw de wereld op z’n kop zal zetten.
Auteurs van nu zouden de plot beschrijven op zo’n 45 bladzijden. Het verhaal heeft dus niet veel omhanden en dat is precies ook wat de vele hoofdfiguren tekent: tijd vullen met niets doen en doen alsof je iets doet. Dat maakt het boeiend. Omdat de Schnitzler erin slaagt om de culturele decadentie van dit burgerlijk milieu hoogstaand te brengen. Hoe wat gezegd wordt, verschilt van wat gedacht wordt. Hoe verlangens een compleet andere veruitwendiging krijgen wat tot misverstanden aanzet. Dat maakt van het boek een icoon van de tijdsgeest. De vijfde ster ontbreekt omdat midden in het boek de verveling toeslaat. Of was dat net de bedoeling? De verveling als uithangbord van mensen die niet veel moeten doen behalve wat palaberen om het zout op hun patatten te verdienen?
Het kamermeisje, Nita Prose, Ambo/Anthos, 2022****
Een rijke gast wordt vermoord in een chique hotel. Het kamermeisje Molly wordt ondanks haar bijna autistische correctheid betrokken in misdaad en moord. De auteur geeft blijk van een goede kennis van het hotelwezen en wat er achter de schermen gebeurt qua organisatie. De setting is verrassend en ook prima weergegeven. Soms neigt de beschrijving van Molly naar het karikaturale. Haar manie voor netheid met iets te veel kleur in de verf gezet. Dat verlaagt het niveau van dit boek. Maar sowieso is dit werk een heerlijke doorlezer met een plot die tot op het einde verrassend blijft. Een beetje te veel happy end, maar goed, in deze wereld mag iets al eens goed eindigen…
Hoe meester Verbiest Joriske werd, mijmeren over zorg. Trees Coucke, Bibliodroom, 2021****
De pandemie maakte duidelijk hoe belangrijk ouderenzorg is. Niet alleen om het voorkomen van een ‘overdosis’ aan sterfgevallen maar ook over ethische kwesties zoals isolatie, bezoekrecht weigeren, vrijheid en afhankelijkheid van beslissingen boven het hoofd van een bewoner gemaakt…
De auteur is sinds jaren geëngageerd in nadenken over hoe je zorgethisch nabijheid kunt creëren. Ze was medeoprichter van sTimul, een zorgethisch lab dat intussen een vaste waarde is geworden in de opleiding van verpleeg- en zorgkundigen.
Het boek staat bol van herkenbare voorbeelden. De titel is er een van. De hoofdstukken zijn ingedeeld volgens ‘waarden’ die iedere mens belangrijk vindt maar opeens in ouderenzorg weinig en soms niet meer van tel zijn. We hebben het o.a. over empathie, schrijnende afhankelijkheid, betutteling, waardigheid, erkenning, schaamte, medelijden,… Geen hoogdravende theorie maar steeds de opdracht je als lezer (of als zorgverlener) te verplaatsen in de (bejaarde) zorgontvanger. Behoorlijk confronterend hoe jongere, gezonde mensen aankijken tegen wie minder gezond op hoge leeftijd aandacht vraagt als mens.
Dit boek is een must voor teams binnen woonzorgcentra om hiermee aan de slag te gaan. Peer review lijkt me op basis van dit boek een best haalbare kaart en kan zeker een blikopener zijn. Aanbevolen!
Verdwaald in de werkelijkheid, Hans Plets, Sterck & De Vreese, 2022***
Volgens de achterflap is Plets iemand als Aristoteles; fysicus, sterrenkundige en filosoof. Een wetenschapper die ‘samenbrengt’ wat in zoveel verschillende disciplines sinds drie eeuwen sterk uit elkaar is gegroeid.
Benieuwd dus naar de verklaring van de ondertitel van het boek: ‘De mens op zoek naar zijn plaats in de kosmos’. De historische en wetenschappelijke omwentelingen zijn echt goed uitgelegd. Zonder voorkennis kom je met aandachtig lezen tot Deel 4 en nog iets verder. Dan heb je al 66% van het boek goed verteerd. Dit deel verdient vijf sterren. Omwille van de klaarheid, de historische inbedding, de filosofische oorzaken of gevolgen.
Eenmaal je start met quantumtheorie dan wordt het moeilijker voor veel lezers. Maar dat is ook precies wat het is; het gebrek aan een visuele mindview op de werkelijkheid omdat die beschreven wordt in een zeer wiskundige taal. Inderdaad vreemd en bevreemdend.
Uiteindelijk had ik de meeste moeite met het slotwoord. Omdat, na alle correcte uitleg, de auteur opeens het religieuze terug bovenhaalt. Dat deed mij denken aan het boek van Hans Küng (‘Bestaat God?’). De theoloog fileert historisch alle evoluties correct om dan in een paar bladzijden aan te halen dat niets het geloof kan neerhalen. Precies die ervaring had ik met dit boek.
Wat we niet weten, kan meer doen vermoeden en laat ruimte voor religie. Aansluiting houden, aldus de auteur, in zoverre die niet strijdig zijn met wetenschappelijke bevindingen en de stand van zaken op heden. Een rare slotzin. Het doet mij denken aan Oude Belgen en hun angst voor onweer.
De slimste vogelgids, zomereditie, Jan Rodts, Houtekiet, 2022*****
De vogelgidsen van Rodts vinden hun markt. En terecht. Een andere manier van opzoeken, een opsporen van lookalikes en behoorlijk wat achtergrond over de vogel en zijn manier van doen. Nu is er een nieuwe zomereditie op de markt die effectief een gat in de markt vult. Want dankzij een QR-code kan je ook de zang, gekwetter of gekras van een vogel horen. Dat is een enorme winst. Een vogel hoor je soms eerder dan je die ziet. Zeker in de zomer als het bladerdak vol groen kleurt. Frustratie alom. Wat hoorde ik en zag ik niet?
Dit boek helpt je enorm om de communicatie van vogels beter te snappen en te herkennen. Het maakt de observatie achteraf ook meer correct. Goede trouvaille!
Paradijsvogels in cultuur en natuur, diverse auteurs, Sterck& De Vreese, 2022*****
Er zijn veel soorten vogels. Bij ons heb je veel kauwen, kraaien, eksters, mezen en houtduiven. Behalve de mezen zijn deze vrij monotoon van kleur. Geen wonder dat je verbaasd kijkt naar een boek over paradijsvogels. Dat zoiets bestaat! Dat ze, dankzij bescherming, min of meer de praalzucht van mensen hebben overleefd. Want ja, de mooie veren van paradijsvogels waren fashion in heel veel continenten.
De mooiste afbeeldingen van ‘Birds of Paradise’ van Sharpe (eind 19de eeuw) krijgen een prominente plaats in het kijkboek. Evengoed interessant vond ik hoe door de jaren heen, paradijsvogels in kaart werden gebracht, op tekening werden gezet en uiteindelijk ook inspiratie gaven voor heel veel kunstwerken. Op die manier leer je ook hoe drukkunst ons vogels leert herkennen. Hoe kunstenaars vogels als inspiratiebron zien. In dit geval dus paradijsvogels.
Een mooi, leerzaam boek. Een echt hebbeding.
Annick Vansevenant
voor De Zondvloed Boekhandel/ R &M
Editie januari 2022
Staat van terreur, Hillary R. Clinton en Louise Penny, A.W. Bruna Uitgevers, 2021****
Wie ietwat de VS-politiek volgde de laatste jaren kan zich nauwelijks voorstellen dat voormalig presidentskandidate en Minister van Buitenlandse Zaken, Hillary Clinton, een boek zou schrijven. Nu ja, dat schreef ze niet zelf. Daarvoor deed ze beroep op Penny, een jarenlange vriendin blijkbaar. Met enige aarzeling, ondanks de vele lovende kritieken in de pers, toch uit nieuwsgierigheid begonnen. Het mag gezegd: dit is best een goede politieke thriller. Bijwijlen zelfs visionair, vooral wat de actuele situatie in Afghanistan betreft. Het start wat warrig, met figuren die nauwelijks nog terugkeren in het verhaal. Een en ander is iets te veel op de gezinsleden van de hoofdfiguur Ellen Adams betrokken waardoor het net te sterk lijkt op de – best te smaken – tv-serie ‘Madame Secretary’. De plot zit goed ineen, de stijl is vlot, het verhaal vertoont nauwelijks een dip. Sleutelfiguren zijn herkenbaar en wekken hilariteit al vond ik Hillary als politica zelden hilarisch. Voor liefhebbers van het politieke genre een absolute must. De inkijk in de systemen van het Witte Huis is grandioos.
Silverview, John Le Carré, Luitingh-Sijthoff, 2021****
Dit is dan echt de laatste van een van mijn favoriete auteurs. Le Carré stierf in december 2020. Dit boek werd door zijn jongste zoon uitgegeven. Zoals altijd start de plot eenvoudig. Het lijkt wel iets à la Peyton Place. Tot verwikkelingen komen, niet alles is wat het lijkt en kringen van mensen onverwachte doorsnedes krijgen. Verwarring, vragen, twijfel: het overkomt én de personages én de lezers. Zijn laatste manuscript volgt de tendens van Le Carré. Waar de bekendste onder zijn werken gaan over de onbetwijfelbare inzet van inlichtingendiensten ondanks de menselijkheid van haar dienaars, keert het standpunt zich om. De menselijkheid van wie te maken krijgt met (internationale) complotten, compromitteert inlichtingendiensten en verdeelt ze ook omwille van menselijke twijfels. Niets aan die instituten is nog heilig. Silverview is misschien wel de naam van een villa, maar evengoed de blik van een grijsaard op wat hij al jaren kent en beschrijft. Het is niet zijn beste boek maar ik las het graag.
Hier hoor je niemand over, Patricia Lockwood, Atlas Contact, 2021******
Een hoge score. De hoogste dit jaar. Misschien zelfs over alle blogs heen de hoogste omdat mijn voornemen was geen hogere score te geven dan vijf sterren. Dat vraagt enige uitleg. Aan het woord is een internetexpert. Een eufemisme voor een surfverslaafde die op bondige, absurde en vaak aan een delirisch grenzende manier vertelt wat ze ziet. Geen doorlopend verhaal, een amalgaan aan nieuws dat of nep is of nauwelijks als nieuws die de mensheid kan interesseren, gelezen kan worden.
De lezer wordt geworpen in de virtuele maar zeer reële cultuur die per dag veel uren van heel veel mensen uitmaakt. De combinatie van nieuws, van beeld, van klikken en hangen en niet blijven hangen, wordt perfect literair vertaald. Doorheen absurditeit hoor je eenzaamheid, onbegrip en rebellie. Wrange humor ook.
In het boek komt een keerpunt. In termen van klikken duurt het zelfs lang voor je lezend de omwenteling ontmoet. Want ook wie surft, kent mensen. Ook wie surft, heeft een moeder en misschien een zus of broer. Dan gebeurt iets in het reële leven. Iets wat absoluut niet past in het plaatje van tiktok of twitter.
De verdienste van Lockwood is dat ze ook dit beschrijft met dezelfde taal. En toch een taal die doortrokken is van nabije emotie. Helemaal niet zo virtueel. Zelden las ik een zo’n ontroerend boek. Omdat het afstand wil creëren en getroffen wordt door datgene wat alle mensen vroeg of laat eens treft.
De boekhandel van Algiers, Kaouther Adimi, Ambo/Anthos, 2021****
Het gaat om een fictieve roman met een historische bron. De eerste uitgever van Albert Camus die in Algiers een kleine boekenhandel had. De hoofdstukken wisselen zich chronologisch afwisselend af tussen 1935 en 2017. Daartussen ligt de Frans-Algerijnse oorlog als voorbode en nazaat. Net zoals die boekhandel een vooraf en een achteraf heeft. Terwijl de omstandigheden van het leven in die kleine straat van Algiers quasi dezelfde blijven.
Een mooi boek voor boekliefhebbers en liefhebbers van boekhandels. Die twee hebben een doorsnede die niet altijd samenvalt. De stijl is intimistisch en bijwijlen scherp voor wat modernisatie doet met een menselijke gemeenschap die onder elkaar nauw betrokken leeft en op het eerste zicht alle nieuwe invloeden weert. De typering is mooi gezet. Een rustig boek over woelige tijden.
Lijn van wee en wens, Caro Van Thuyne, Koppernik, 2021,****
West-Vlaams is een populair dialect omdat geen kat het verstaat die niet van de streek komt of op een of andere manier is ingehuwd. Deze auteur schrijft niet in het dialect, soms wel in auditieve vorm en maakt slim gebruik van gewoontes in het Houtland, het hinterland ten zuidwesten van Middelkerke-Oostende. Er is de hoofdfiguur die haar weg gaat. Weg van de rouw met als doel deze rouw een plaats te kunnen geven al trekkend door verlaten dorpen en dito wegen. Haar partner blijft achter en bouwt op zijn stek verder aan een huis, wie weet een thuis.
De afwisseling tussen trekken en stilstaan, tussen ontmoetingen met dier en mens, tussen rouwen en van hoop niets meer dan terug rauwe ellende verwachten,… is mooi en hardzacht van taal. Culturele plattelandstaal. Wat mij belette om een ster meer te geven, zijn de te duidelijk geleende ideeën van Max Porter. Ooit in een vroegere blog beschreven (‘Verdriet is het ding met veren’). Nu werd de kraai door een kauw vervangen. Voor wie iets van vogels kent, totaal ongeloofwaardig. Ook de beschrijving van andere vogels in bepaalde seizoenen is lichtjes absurd of de hoofdpersoon wipt van het ene eiland naar het andere.
Overigens heb ik nog nooit gehoord over olifantenpaden in de polderzone.
Het boek won dit jaar De Bronzen Uil.
Atlas van opmerkelijke feiten, Uitgeverij Noordboek, 2021*****
Infographics zijn in. Door een combinatie van kleuren en cijfers en combinaties lees je op een blad heel veel over de ruimte en tijd wat betreft het specifieke onderwerp. Deze atlas is apart. Een verzameling van ingekleurde kaarten met weinig tekst die je direct geografisch inzicht geven op de vraag die gesteld wordt. Het boek is mooi eenduidig uitgegeven. De structuur biedt zekerheid. De thema’s variëren van politiek tot klimaat, van geschiedenis tot natuur.
Eigenlijk best een goed boek met heel veel informatie in een grafische context gegoten. Zo wordt een mens wellicht de Slimste in een volgende editie.
En ja, als je aandachtig leest dan merk je toch nog dat volgens deze atlas België nog nooit een vrouwelijke regeringsleider had de afgelopen 50 jaar. Die première is de uitgever bij het uitgeven ontsnapt. Even had ik mijn twijfel over Griekenland, Canada en Frankrijk. Maar kijk, even zoeken en het verhaal klopt. Meestal interim-premiers die na hun première ook verdwenen op het politieke toneel. Zelf was ik dus een half uur bezig om te zien waarom een land als Canada of Portugal toch vrouwelijke kleur kreeg. Zelfs bij twijfel blijft het leuk. Een boek dus om te bekijken, na te gaan of dat klopt en zelf verder te zoeken. Een heerlijk cadeau voor een verlate kerstboom!
Vorstelijke personages, Hilary Mantel, Meridiaan Uitgevers, 2021***
Dit boek is niet te vergelijken met de weergaloze trilogie over Cromwell. De titel is enigszins misleidend. Als nietsvermoedende lezer denk je hier een knappe karakterschets te krijgen van ‘vorstelijke personages’. Het boek zit anders in elkaar. Het is een compilatie van recensies geschreven door Mantel voor de London Review of Books. Wie noch vertrouwd is met het boek of de persoon, zal hier weinig leesplezier aan beleven. Een aantal recensies zijn dan zeker te appreciëren en tonen ook de scherpte van Mantel aan. Zelf las ik het liefst ‘De maagd en ik’ en ‘Vorstelijke personages’.
Dit is geen leesboek. Dit is een ‘tribute’ aan Mantel zelf. Dat stoort een beetje.
Alles smelt, Peter Kuipers Munneke & Martijn van Calmthout, Lias Uitgeverij, 2021****
Met enige aarzeling begonnen aan dit boek. Gewoonweg een nestje klimaat-ecologen aan het woord? Nog ethischer en heiliger dan de rest?
Toch gelezen en zeer goed bevonden. Dit boek is een wetenschappelijk correct werk dat enorm veel informatie geeft over water. Water is niet simplistisch. Water is een van de meest vreemde en meest onderschatte structuren. Wij bestaan grotendeels uit water en kunnen zonder water niet leven. Onze planeet bestaat hoofdzakelijk uit water. Maar water kan door ijstijden ijs worden en dus uitzetten, onder druk zelfs van kristalstructuur veranderen. IJs kan zelfs visceus worden als de druk zeer groot wordt; de reden waarom bovenlagen dan ook beginnen te bewegen. Water kan verdampen en woestijnen vormen. Water kan afkoelen en regen, sneeuw, ijs maken dat rap smelt als het weer warmer wordt. Deze wetenschappers geven aan wat ons te wachten staat. Ze doen dat eigenlijk vrij voorzichtig en zijn zeer omzichtig wat betreft statistieken. Noordpool en Antartica worden apart beschreven.
Zelf vond ik het inzicht hoe je jong en oud ijs kan herkennen, hoe je begrijpt dat door lange tendensen die te maken hebben met de zon en ons heelal, het soms wat kouder en soms iets warmer wordt. Hoe een paar graden het verschil maken tussen leuk en chaotische miserie.
De taal kon iets beter. Maar de inhoud staat. Als een paal boven water.
Roofvogels & uilen van Europa, Lars Gejl, Noordboek, 2021****
Een zakgids, zo wordt het boek omschreven dat exact 434 gr weegt. Samen met een standaardverrekijker (zo’n 800 gr) ben je toch enigszins zwaarwegend in het veld. Maar goed, dat doet niets af van de kwaliteit van het boek. Deze vogels zijn niet zo gemakkelijk te spotten. Een buizerd of velduil, tot daar. Meestal zie je rovers hoog, in tegenlicht, zweven of als het uilen betreft ergens iets tussen de bomen in de avondschemering of complete duisternis, blinken. Daarom alleen al zijn de silhouetafbeeldingen na de voor- en achterflap zeer nuttig. Iedere soort wordt ingeleid met een vergelijkend beeld waarop de afwijkende kenmerken duidelijk worden. Een QR-code geeft nog meer inzicht en uitleg. Per soort krijg je dan de diversiteit aan soortgenoten. Per familie zie je ook nog het verschil tussen mannetje, vrouwtje, jongen en eventuele groeifases van de jonge, de zogenaamde jonge adults. Het boek is geïllustreerd met foto’s, niet met tekeningen. Maar dankzij de hoeveelheid aan foto’s is er toch concurrentie mogelijk met een ‘handgetekend’ vogelboek zoals de ANWB-vogelgids. Dit boek is een aanwinst voor vogelspotters en nachtuilen.
Meeuwen, Peter Adriaens, Mars Muusse, Ph. Dubois, F. Jiguet, Noordboek, 2021****
In Nieuwpoort was er een hetze omtrent de nooit eerder gespotte Ross meeuw. Hopen mensen en evenveel telescopen bezetten de dijk op zoek naar deze uitzonderlijk verdwaalde Siberische meeuw. Dan kan een handboek zoals deze van pas komen. Want meeuwen zijn echt geen makkie. Velen dragen een andere kledij per seizoen en hun jongen veranderen ook jaar na jaar hun kledij. Daarnaast heb je nog soorten die louter verschillen van iets meer zwart of ringen of strepen op staart- of vleugelpennen. Dit boek gaat louter over meeuwen in Europa, Noord-Afrika en het Midden-Oosten en telt 330 blzn. Het is een enorm goed naslagwerk en opzoekboek. Altijd begint het met een structuur van de meeuw in kwestie. Dan over de adult met vervolgens gelijkende taxa. Dat betreft dan meeuwen die lijken op de meeuw die jij denkt te zien. Daarna wordt uitgebreid ingegaan over de eerste en vervolgens de tweede cyclus.
Ga nooit meer zomaar wandelen langs een dijk of strand. Bekijk wat je ziet aan meeuwen en zoek op.
Een hebbeding voor eilandbewoners, strandwandelaars en dijkkijkers.
Meteosofie, René ten Bos, Boom, 2021*****
Dit is geen klimaatboek of een dagboek van Greta T. Ook geen boek dat meteorologie verklaart voor dummy’s. Toch kon dit boek ook niet ontstaan zonder de blijvende aandacht en heisa om en rond het klimaat. René ten Bos had het eerder over water. Hij zoekt als filosoof de fundamentele natuur op als onderbouw voor eeuwenlange filosofische bovenbouw. De auteur beschrijft op een vrij toegankelijke manier hoe mensen belang hechtten aan wat tussen hemel en aarde gebeurde. Hoe afhankelijk is de mens van wat boven zijn hoofd gebeurt en aan zijn voeten gewaarwordt? Deze Nederlandse filosoof neemt je mee naar de Grieken, naar het christendom en sinds de Verlichting naar de noodzaak van observatie en meten en toch te weinig weten.
Ook het non-lineaire gedrag van het weer, de onwaarschijnlijkheden die op vandaag diverse zogenaamd veilige plaatsen teisteren, plaatsen de mens voor een wereld van chaos en onzekerheid.
Het is en blijft een filosofische taal en dus geen roman. Al blijft het de verdienste van deze auteur dat hij helder blijft, wetenschap en filosofie en sociaal denken samenbalt. Dit vond ik een erg goed boek. Zeker een tweede lezing waard.
Bastions van hoogmoed, Martha C. Nussbaum, Querido Facto, 2021***
Nussbaum is een van mijn favorieten. De ongelooflijke mentale bifurcatie die zij maakt tussen het filosofische, juridische en sociaal-emotionele maken haar sowieso tot een icoon. Slechts twee werken had ze nodig om mij te overtuigen: ‘Oplevingen van het denken’ en ‘Politieke emoties’. Ook het ‘Koninkrijk van de angst’ is een topper.
Dit laatste werk was dan eerder een afknapper. Wellicht geïnspireerd door # me too, schreef Nussbaum een boek over seksueel geweld, rekenschap en verzoening. Weinig nieuws onder de zon. Te lauw voor de dito hashtaggers en gewoon voor wie in ons land hiermee juridisch bezig is. Een ding viel me wel op. Hoe in de USA, staat per staat, wetgeving verschilt en moet afgedwongen worden wat betreft ‘aanranding’, ‘verkrachting’, ‘geweld binnen een huwelijk’. Dit klinkt voor ons middeleeuws. Maar daar is dus nog altijd een enorme strijd te gaan die nog kan keren gezien de Trump-erfenis in de hogere rechtsniveau’s. Overigens is haar verhaal over de seksuele misbruiken in de universitaire sportmilieus echt wel een blikopener. De laatste twee zinnen verdienen de drie sterren.
Theopoëzie, Peter Sloterdijk, Boom, 2021*****
De titel alleen al. Als een varken op een tang in deze tijden. Zowel de ‘theo’ van het goddelijke, het religieuze en dan aaneensluitend ‘poëzie’ in tijden van verwarrende snelheid. De ondertitel van het boek intrigeert nog meer: ‘De hemel tot spreken brengen’.
My god. Daar gaat Sloterdijk weer. Wie waagt het in tijden van nationalisme, van ontkerkelijking en tegelijkertijd religieus fanatisme te filosoferen over het verhaal van ‘religie’? Sloterdijk dus. Voor mij zijn beste boek na de ‘Kritiek van de cynische rede’ (2 delen, Arbeiderspers, 1984) en ‘Sferen’ (2 delen, Boom, 2009).
Sloterdijk leest niet gemakkelijk. Zin na zin kan zowel onbegrijpelijk zijn als hilarisch klinken. Alleszins een one-stop-shop voor wie met manieren zoekt naar one-liners. Dat is één manier om zijn werk te lezen. Geen manier om zijn denken te verteren.
Zelf sta ik verbaasd hoe hij, met een eruditie die hem weinigen nadoen, het verhaal van goden en godsdienst plaatst als een verhaal dat ‘gedicht’ wordt en door instituties en machthebbers wordt bezegeld. Vanaf de wortels van de Antieke Oudheid tot op heden worden verhalen gesmeed die de mens wil plaatsen in een universum dat hij niet snapt. Uiteindelijk niet kan snappen. Maar waar verhalen en verdichtsels, en religies vooral, oorsprong en vooralsnog geen eindpunt zijn van het verdichten van wat de mens tot mens maakt. Niets mag chaos zijn.
Sloterdijk lezen is iets van ingraven. Soms ontbreekt het plaatje. Dat is altijd zo bij deze filosoof. Een schrijver met een hamer die hamert op wat niet juist is. Wat is niet juist? Datgene wat iedereen denkt dat het moet zijn. Dat is het valse wij-gevoel dat deze filosoof met breedspraak brengt. I love it.
Annick Vansevenant
voor De Zondvloed Boekhandel/ R &M
Editie oktober 2021
Je redt een vreemde vrouw van de verdrinkingsdood en diezelfde dag hoor je dat jouw vrouw is overleden. Je blijft achter met een dochter van tien. De hoofdfiguur Pietro Paladini is een succesvol zakenman, bezig aan de subtop van een internationaal bedrijf waar getrokken en geduwd wordt om de absolute top te bereiken.
Maar met de slag laat Pietro de ratrace achter zich. Hij verschuilt zich in een absurd beschermende rol voor zijn dochter waar hij haar zelfs tijdens de schooluren vanop een parkeerplaats probeert te volgen. Als een roeping is het, om alles wat voordien belangrijk was, achter te laten. Absolute onthechting en de schooltijd op die parkeerplaats, mijmerend en observerend te bekijken. Als een ‘pont mirabeau’, waar de tijd vloeit door beweging van mensen die nergens naar toe lijken te gaan. De man wordt een levende biechtstoel en is verwonderd over het vertrouwen dat hij gratuit krijgt. Alternatieve biechtscènes; die impressies vormen de mooiste passages van het boek. Paladini ontmoet heel wat bekenden, minder bekenden en komt paradoxaal genoeg nog meer te weten van zijn bedrijf, de honger naar macht, het wantrouwen dan toen hij er nog actief was. Zelfs zijn vreemde manier van rouwverwerking maakt hem favoriet voor promotie. Maar dan komen een aantal passages te veel, een niet geloofwaardige plot waarbij hij kortstondig een relatie aangaat met de vrouw die hij redde. Absoluut overbodig. Het einde kan dan wel weer bekoren met een dochter die haar vader vraagt haar leven terug te geven. Ontwaken uit een rouwproces door de wijze woorden van een tienjarige.
De te gewaagde plot kost de auteur wat mij betreft een ster in vergelijking met het prachtige werk ‘De kolibrie’. (zie één van mijn vorige blogs)
Het laatste boek van Zeh dat ik las was ‘Ons soort mensen’. Eigenlijk gaat dit boek op dat elan verder. Als gegeven een kleine dorpsgemeenschap waar de actualiteit evengoed doordringt als in bv. Berlijn. De pandemie maakte een eind aan haar relatie met Robert die als journalist hoge toppen scoort met zijn aanklacht tegen de gebrekkige, onvoldoende maatregelen die de overheid (in paniek) neemt. Hij is voor haar beangstigend principieel geworden. En zo krijg je in het boek een mooi beeld van vrijheid en hoe vrijheid door principes onder dwang komt te staan. Links wordt rechts als het gaat om bescherming van natuur, klimaat, mensen getroffen door een moderne pest. Dora, tot dan werkzaam als copywriter, voelt zich verstikken onder de strenge moraliteit en vlucht naar het platteland. Daar werkt ze zich een bult aan de enorme tuin. Dorpsbewoners duiken op. De buur, een type met een hagenschaar en Nazi-fanaat, een aanhankelijk meisje dat uiteindelijk de dochter van die buur blijkt te zijn, een homokoppel,... Vooroordelen duiken op, twijfel ontstaat. Onder buren is een roman over de menselijkheid van de voorbijganger los van alle grote praat die tot slogans leiden. De manier waarop Zeh dit beschrijft, is vermakelijk en houdt ons een spiegel voor. Maar iets te veel herhaling, iets te veel Blijde Boodschap maakt het boek te emo. Niet het beste boek van haar rijke oeuvre. Door de vele letterlijke herhalingen in het boek lijkt het ook iets te snel geschreven.
Rauw schrijven over de diepste emoties. Zeer emotioneel bezig om bladzijden te vullen met de grootste afgronden die een mens kan zien en nauwelijks overleven. Toch laat je geen traan bij het lezen. Alles is onderkoeld ondanks het soms explosieve karakter van de plot.
Drie broers verzameld bij de dood van hun vader. Samen zitten ze voor het vakantiehuis daar waar zich een tragedie afspeelde. Veel is verdrongen, de littekens zijn pertinent aanwezig. Moeilijke communicatie, flarden herinnering, angst, woede, onbegrip. De overlevenden hebben zichzelf niet overleefd, ze zijn anders geworden.
Beetje bij beetje krijg je zicht op de feiten. Krijg je ook zicht op het waarom van dit zo hoekige gevecht tussen drie broers die niets begrepen van moeder, vader of wat hen bond behalve dan de verdraaide herinnering aan de tragische dood van hun zusje.
Een soort boek dat je eenmaal gelezen, eigenlijk nog eens moet lezen. Om de tweede lezing vast te krijgen. Een pracht van een stijl, een prachtig boek. Het deed mij enorm denken aan de taal en de plot van ‘De bruggenbouwers’ van Zusak (zie een vorige blog). Dezelfde taal, een verhaal dat gelijkaardig start met de dood van vader als nieuw ontmoetingspunt. Toeval?
Het boek leest als een autobiografie. De biologe verhuist naar een desolate streek in Montana. Dankzij haar kennis kan ze er overleven met geringe middelen. Intussen rijdt ze af en toe naar de universiteitsstad om nog wat extra dollars te verdienen of begeleidt ze groepen in de natuur.
Tot daar het saaie begin. En dan komt ‘Vos’ op de proppen. Een echte vos dus en na geduld (van beide kanten?) ontstaat een soort contact tussen Vos en Catherine. Hij blijft komen. Zij verwacht hem. Soms trekken ze er samen op uit. Intussen hoor je de auteur bezig over innerlijk verwerken van moeilijkheden, angsten, … Dat roept dan weer het beeld op van Helen Mac Donald in ‘Schemervluchten’. Auteurs vluchten bij dieren om hun fall & rise te kunnen beschrijven. Dit is echt wel op het randje. Het teveel aan menselijke projectie naar wilde dieren accapareert de auteur goed door haar collega’s of natuurvrienden een cynische toon te laten aanslaan.
Toch heeft het boek te veel weg van een sprookje dat wel dramatisch eindigt door een zware brand. Ecologische boodschap ten top. Maar voor mij geen topper wegens veel te egocentrisch geschreven.
Dit is het eerste deel van een trilogie. Lichtjes te vergelijken met ‘The game of thrones’ maar dan in een toekomstige wereld waar onze planeet peanuts voorstelt.
Drie zaken zijn opmerkelijk in zijn eerste boek (verder ben ik nog niet, maar ze liggen klaar!).
Er wordt ‘gespeeld’ met wetenschap, vooral astrofysica en theoretische natuurkunde. Wie het in Keulen hoort donderen wat dat betreft, raad ik het boek niet aan. Omdat het echt wel de essentie van het verhaal betreft. Er louter ‘doorlezen’ om de plot te vatten, zal wellicht ontgoochelen.
Daarnaast is er een heerlijke mix van fantasie en traditioneel denken. Je ontmoet er Boedhisten, maar ook gekke illusies die toch een summum van creativiteit vragen van de auteur. Bij wijlen hilarisch en zeker spannend.
Ten slotte word je continu eeuwen ver teruggestuurd of doorgezonden. Waar ‘The game of thrones’ een simultaan geografisch uitgesponnen verhaal is over streken gebaseerd op diverse belangrijke culturen, is dit een timelap waar de auteur het gamen gebruikt om die dimensie te overbruggen.
De worsteling met veel Chinese namen moet je erbij nemen. Maar mij hoor je niet klagen. Ik lees en ben spijtig dat ik dit boek niet tegenkwam in de lockdown. Absurde tijden vragen ook om absurd lezen.
Volgende week start ik aan de volgende. Deel 2: “Het donkere woud”. Deel 3: “Het einde van de dood.” Dat belooft!
Het lijkt wel een beproefd recept. Een hoofdfiguur komt op uitnodiging van een bekende, in casu haar broer, terecht op een hotel in de Zwitserse Alpen. Een voormalig sanatorium. Uiteraard zijn er nog een aantal gasten en vanzelfsprekend volgt een sneeuwstorm waardoor het hotel geïsoleerd geraakt van de buitenwereld. Zoals je kunt verwachten, verdwijnen een aantal figuren, overleven een paar mensen dit verhaal niet en zoekt Elin, rechercheur in het gewone leven, naar verbanden en oorzaken.
Met enige aarzeling begon ik te lezen. Ik zag al iets als Christie, of …. van Raven Hall, de revue passeren.
Maar nee, dit boek verdient echt vier sterren. Omdat de plot zeer goed in elkaar zit, de stijl correct en de spanningsboog tot op het einde goed blijft. Dit boek is een goede in zijn soort.
Dit boek zweeft ietwat tussen fiction en non-fiction. Startpunt van de kortverhalen is een vergeten persoon, een verdwenen huis, een vergeten eiland. Hierover wordt een verhaal opgebouwd, soms met heel veel historische feiten en soms vrij fictief maar dan ook wel historisch goed onderbouwd.
Ik kende de auteur van het werk ‘Atlas of Remote Islands’, Particular Books, 2010. Daar houdt de auteur zich op vrij strikte manier bij de feiten: ligging, oorsprong, bevolking, geografie,…
Maar deze inventaris is anders en misschien net te veel een mix, een amalgaam van fictie en non-fictie. Er zitten parels tussen en soms denk je, oh nee.
Wel een pluim voor de prachtig mooie uitgave van Meridiaan. Het verlies wordt grafisch mooi gemaakt door de volle zwarte bladzijden die de verhalen scheiden. Maar schijn bedriegt. De ommezijde van elk zwart blad, lijkt wat op het werk van Thierry De Cordier. Zwart verhult maar bedekt niet alles.
De ondertitel van het boek verklaart veel: “vrouwen als opdrachtgevers, verzamelaars en kunstenaars”.
Dit is een boek naar mijn hart. Je wordt meegesleept door een thema en je leert het historisch belang van vrouwen in de kunst, als kunstenaar maar ook als commercieel genie, kennen en erkennen. Aan de hand van een aantal personen zoals bv. Margaretha van Oostenrijk, Edmonia Lewis, Peggy Guggenheim, ontdek je hoe vrouwen onvergetelijk zijn in wat we nu kunnen meemaken aan kunst. Wie kijkt, merkt ze op in musea, exposities, gallerijen, podia voor actuele kunst. Een verzwegen verhaal dat hier een mooie spreektaal vindt.
Het boek kan je lezen à la bonheur. Per fragment, per persoon. Je mixt waar je zelf wil. Een pluim ook voor de zeer verzorgde uitgave. Leuk is, als je ergens op reis bent eenmaal de pandemie dit toelaat, je gewoon even kan kijken waar wat te zien is. Een goede index met veel info achteraan het boek, helpt je zeker op weg. Dat kan jouw reis vrouwvriendelijker maken dan gedacht!
Na het meesterwerk ‘Ons feilbare denken’ van Nobelprijswinnaar Kahneman was ik benieuwd wat voor nieuwe inzichten nu geboden werden.
De titel is duidelijk. Het gaat om ‘ruis’. Ruis is datgene wat storingen veroorzaakt, een juiste beslissing in de weg staat, interne of externe beïnvloeding niet juist inschat of gewoonweg negeert, het moment van de dag negeert of de psyche van de beslissingsmaker niet kan gecorrigeerd worden.
De auteurs maken dit duidelijk binnen veel vakgebieden: juridische, medische, forensische wetenschap, patentaanvragen, ... De voorbeelden in het boek zijn soms verbijsterend, omdat beslissingen meer afhangen van persoonlijke stemming dan van afgetoetste berekeningen. Een delicaat punt inderdaad: mag een rechter oordelen over iemand als hijzelf met het verkeerde been uit bed stapte? En hoe voorkom je zoiets?
Het duurt te lang vooraleer de auteurs de cases achter zich laten en starten met goede definiets en oplossingen. In die zin is het boek moeilijker verteerbaar dan het andere werk van Kahneman. Maar de laatste 50 bladzijden in het boek zijn echt wel aanbevelingswaardig en ook een praktische gids voor iedereen die beslissingen neemt die het leven van anderen voor jaren kan bepalen.
Gelezen XIX
Annick Vansevenant
voor De Zondvloed Boekhandel/ R &M
Editie juli 2021
Domein van licht, Yuko Tshushima, De Bezige Bij, 2020 ***
Dit boek is niet nieuw. De Japanse auteur, overleden in 2016, schreef het werk in 1979. In 1990 werd het vertaald en verdween onder het stof. Maar opeens kreeg het boek een tweede leven en scoort het werk internationaal hoge ogen. Een jonge vrouw, net gescheiden, verhuist samen met haar tweejarig dochtertje naar een appartement in Tokio. Zorg combineert ze met werk in een drukke samenleving. Haar nieuwe leven wankelt tussen hoop, eenzaamheid en verdriet. De taal is glashelder en ondanks de emotionele toestanden soms vrij hard. Een scala aan gevoelens onder een Japans masker, zo zou je dit kunnen beschrijven. Daarom voelde het voor mij wat vreemd aan. Vervreemdend eigenlijk. Maar de mooie stijl en de intieme inkijk in de Japanse manier van hoe men daar met elkaar omgaat, vond ik zeer boeiend.
Klara en de zon, Kazuo Ishiguro, Atlas Contact, 2021*****
De eerste roman van de auteur sinds hij in 2017 de Nobelprijs voor de Literatuur won. En wat voor een! Zeer toegankelijk, diep menselijk en toch met een verhaal waar robots, Kunstmatige Vrienden of Vriendinnen, de hoofdrol spelen.
Klara wordt de Kunstmatige Vriendin van Josie. Of beter: ze wordt de Uitverkorene van Josie om haar thuisrobot te zijn en dat stemt Klara blij. Ze is niet de beste robot, zo beseft ze, maar bezit een flinke link om emoties te onderscheppen en daarop in te spelen. Ze is m.a.w. geen techneut als robot, eerder een emotionele tolk. Klara wordt gekocht en heeft de zon nodig om zichzelf op te laden. Anders verzwakt ze. Dat verklaart de titel, technisch dan.
Maar door de ‘ogen’ van Klara, camera’s die elk vlak nauwkeurig ontleden naar uitdrukking, toonhoogte, expressie, beweging… krijg je een spiegelbeeld van menselijk gedrag in een maatschappij die concurrentieel is ingesteld. Bijna onmenselijk is. De vraag is dan ook, naarmate het boek vordert, wie mens is en wie als robot fungeert. Klara of de mensen die ze probeert te snappen, gadeslaat, anticipeert? Klara leeft niet op zonne-energie; ze geeft ook klaarheid. Ze is een zon in huis.
Mooi van taal, zeer vlot leesbaar. Ontroerend en een einde dat je wel verwacht maar niet wenst voor Klara. Het mooiste boek van deze blog. Zeer sterk aangeraden!
Praat met mij, T.C. Boyle, Meridiaan Uitgevers, 2021****
Van Boyle las ik vroeger ‘Na de barbarij’ (2011). Een roman die ik graag las. Benieuwd dus naar zijn laatste roman die een actueel thema bespeelt. De vraag of dieren ons begrijpen en of wij met hen kunnen communiceren, een relatie kunnen opbouwen vergelijkbaar met de intermenselijke relaties die we kennen.
Jarenlang werd o.a. op chimpansees in die zin geëxperimenteerd. In dat milieu speelt zich deze roman af. Sam, een jonge chimpansee, lijkt de verwachtingen in te lossen. Aimee, een naam die wellicht niet toevallig gekozen werd, biedt zich aan om zich over Sam te ontfermen. Er ontstaat een nauwe band tussen die twee.
Het dierlijke van Sam in combinatie met het naïeve karakter van Aimee creëert verrassingen maar wordt stap na stap catastrofaal. Dier en mens blijken anders te reageren, anders te ageren ondanks een apart soort hartstocht. De kloof wordt groter. Of wil Boyle nu precies het omgekeerde beweren en aantonen dat onze menselijke samenleving absoluut niet tolerant, niet humaan ageert, ten aanzien van slimme beesten?
Feit is dat het boek tot nadenken stemt. Over onze rol in een totaliteit van natuur die ons nabij is, ons doet leven en altijd vreemd blijft? Wie krijgt een plaats? Welk dier? Welk soort mensen?
Spannend maar niet ontspannend. Maar goed, dat kun je van Boyle ook niet verwachten. Een topper.
De stemmen van de Pamano, Jaume Cabré, Meridiaan Uitgevers, 2021****
Een turf van een boek. Een kleine zevenhonderd bladzijden die zowat een halve eeuw overspannen. Dat betekent uitgronden, werken in de diepte. Cabré, Spaanse auteur, neemt als centraal thema de Spaanse Burgeroorlog en het fascistisch regime dat decennialang het politieke en sociale leven bepaalde in zijn land. Een aparte kijk van een Spanjaard op een zeer ‘apart’ historisch Spaans tijdperk. De actuele vertaling ligt voor het grijpen.
Maar het boek is een roman en de figuren die een belangrijke rol spelen zijn allemaal goed neergezet en geloofwaardig. Alles start met een ogenschijnlijk onschuldig bezoek aan een school waar een journaliste iets wil over schrijven. Ze vindt de dagboeken van een onderwijzer. Een man die meewerkte met het linkse verzet als spion, als informant, gezien zijn goede band met de fascistische burgemeester. Iets wat hij verborgen hield ook voor zijn vrouw, voor alle dorpsgenoten. Tot de dagboeken het daglicht zien, jaren later. Dagboeken gericht aan zijn dochter voor wie hij een eerlijk testament van zijn leven wil nalaten. Een ingewikkeld complot van leugen, liefde, verraad, ongeloof en daarbovenop een vertaling naar leugen, liefde en (on)geloof nu.
Het enige wat mij wat stoorde waren de soms ellenlange historische gegevens van dynastielijnen, soms bladzijden lang namen van neven, nichten, ouders, grootouders, betovergrootouders,... Daar stokt het verhaal soms.
Het boek is mooi omwille van de duale lijn, het vertolken van hoe een burgeroorlog jaren later een klein dorp blijft storen en contacten wantrouwig maakt, hoe mensen liegen en bedriegen en soms toch als held worden uitgeroepen. Zowel links als rechts.
De tweede plaats, Rachel Cusk, De Bezige Bij, 2021***
Cusk veroverde ons land met de vertaling van de romantrilogie Contouren. Volgens recensenten zou dit boek teruggrijpen naar haar oorspronkelijk oeuvre. Diepgaande psychologie. Ik was benieuwd.
Haar verhaal speelt zich af in een ‘Murdoch-setting’. Vrij beperkt gelokaliseerd, als je de inleiding even buiten beschouwing laat. Een landhuis met een buitenhuisje waar het vrouwelijk hoofdpersonage een schilder uitnodigt. Maar niets loopt zoals verwacht. De schilder brengt ook een mondaine vriendin mee, een ietwat ongeleid projectiel die ook de dochter van het hoofdpersonage op sleeptouw neemt. Dat wekt onbegrip, wrevel, jaloezie maar ook nieuwsgierigheid op.
Diverse relationele banden, manieren van zijn en praten, doorkruisen elkaar, beïnvloeden elkaar en leiden meestal tot scheuring en disharmonie.
Het mooiste in het boek vond ik de strijd van een moeder om haar dochter (weer) voor zich te winnen. De angst om te verliezen, het risico om alles te verliezen als je ook nog die ene persoon verliest.
Soms was de psychologie, voor mij althans, soms te ver gezocht. Ik begreep niet alle gedachtesprongen. Daarom ‘slechts’ drie sterren: een sterk uitgangspunt, een goede schrijfstijl maar de psychologie, die uiteindelijk de motor moet zijn van het boek, overtuigde me niet compleet.
De dood van Francis Bacon, Max Porter, De Bezige Bij, 2021****
Max Porter is een schrijver des doods. Het boek ‘Verdriet is een ding met veren’ (2016), vond ik een superieure literaire neerslag van een rauw rouwproces.
Nu gaat het over Francis Bacon op zijn sterfbed. Niet de filosoof en wetenschapper uit de 16de eeuw, maar wel de kunstschilder die leefde in de 20ste eeuw en aan wie Centre Pompidou in 2020 een fantastische retrospectieve wijdde.
Het boek telt slechts een 75-tal bladzijden en dan nog op grote interlinie en klein formaat. Het zijn sprokkels van herinneringen, verzuchtingen en verlangens van de homoseksuele Bacon die dacht zijn geliefde te zien aan zijn sterfbed maar slechts zijn zuster ziet opdagen. Niet dat het met zoveel woorden wordt gezegd.
Vertalen wat een stervende denkt. Doodziek. Vreemde associaties.
Dit boek kon me bekoren omdat ik zelf van de werken van Bacon houdt. Zonder die herinneringen aan een aantal doeken, begreep ik van dit werk weinig. Gouden raad: bekijk de werken van Bacon. Lees iets over zijn relatie met een bokser en lees dan Porter. Zijn manier om een lege canvas met gedachten te vullen, is grandioos.
Roeivlucht, Mark van Tongele, Atlas Contact, 2021****
Mark van Tongele studeerde geneeskunde. Dat merk je zijdelings op en dat intrigeert me ook als lezer (en wetenschapper van opleiding). De combinatie van wetenschap en literatuur biedt heerlijke dimensies.
Roeivlucht is de baltsvlucht van de zwarte stern. Een spitse, snelle en mooie meeuwensoort die je vooral in de wintermaanden kan aantreffen aan de kust van West-Europa. ’s Zomers maken ze lawaai in het hogere noorden van ons continent.
Kustwoorden zijn niet vreemd in deze poëzie. Samen hangend met wind en plezier van wind in de zeilen. Soms iets cynisch maar meestal opgewekt als de kreet van de stern. Met een kwinkslag, een wingspan.
Nee, ik heb niet alles gelezen van deze bundel. Ik blader door gedichten. Soms lees je er een meerdere keren, en soms vind je dan een nieuwe. Ik lees ze meestal bladerend van achter naar voor. En blijf hangen. Zoals sternen kunnen.
Heerlijk natuurlijk werk. Zo licht van toon, zo intens van constructie.
Vluchtweg, Jet van Vuuren, Ambo/Anthos, 2021****
Een thriller die zich afspeelt in Friesland. Twee zusjes met familie aan het varen op een meer. Een zusje verdrinkt, het hoofdpersonage houdt er een trauma aan over. Tot ze door een tante wordt opgeroepen om het huisje van haar vader zaliger te betrekken, vlakbij datzelfde meer.
Dan komen herinneringen boven en dan ontstaat een nieuw verhaal. Wie niet houdt van oer-hollands laat dit boek best achterwege. Maar de plot zit goed in elkaar, de thema’s zijn actueel, de zijsporen verwarrend. Precies wat een goede thriller nodig heeft om te boeien. En ja, ik heb het in een ruk doorgelezen op een lazy Sunday.
Ideaal voor wachttijden in vaccinatiecentra of om autofiles, luchthavenperikels... te verteren.
Het geheim van Raven Hall, Emma Rous, Uitgeverij Luitingh-Sijthoff, 2021***
Eerst dacht ik: dit is een copy paste van een film die ik jaren geleden zag. Mensen krijgen een uitnodiging om naar een afgelegen hotel te gaan, ergens in Engeland. Iedereen wordt afgezet en dan begint het spel van wie is wie. Er vallen een paar doden, mensen verdwijnen van de radar.
Maar het boek krijgt langzamerhand meer karakter. Wie is wie en wie was wie vroeger? En dan komen onverwachte wendingen toch nog naar een climax. Naderhand worden figuren beter getekend en krijgt het verhaal ook schwung.
Zeker een goed vakantieboek. Verwacht er niet meer van.
Wallonië en de Ardennen, Kristien Hansebout, Sterck & De Vreese, 2021****
Voor mij ligt een turf van 420 bladzijden. Gewicht: 1475 gram. Dit is dus geen werk om in je rugzak te proppen wil je het zuiden en oosten van ons land verkennen. Dit boek is een topper qua voorbereiding. Het is een naslagwerk met veel doe-dingen.
Wat wil je zien? Wat wil je doen? Waar wil je iets doen? Waar is iets te zien? Waar kan je lekker eten? Waar wil je verblijven? Op dat punt is dit werk een unicum. Het is geografisch grondig. Met download wandelingen en fietstochten.
We namen de proef op de som in Namen, onlangs. We volgden het advies van de auteur. De referenties naar resto’s en hotels zeker goed. Musée Félicien Rops zeker een aanrader. Maar over het nieuwe Delta, prachtig gelegen met continu veranderende actuele kunst werd met geen woord gerept.
Dit boek is een ongelooflijk boeiende prestatie. Over de helft van ons land. Mooi uitgegeven. Schitterend om een start te maken voor een paar dagjes anders België. Dit boek zal voor twee jaar lang alle andere reisgidsen van de kaart vegen wat betreft ons Franstalig landsgedeelte.