Gelezen XXVI

Annick Vansevenant

voor Boekhandel De Zondvloed

Editie juli 2023

 

Non-fictie

Leven in tijden van versnelling, Hartmut Rosa, Boom, 2022****

Onbeschikbaarheid, Harmut Rosa, Boom, 2022****

 

Gezien de twee boeken tegelijkertijd aangekocht en dus ook naeen gelezen, bespreek ik ze samen. Duitse filosofen kunnen af en toe uit de hoek komen. Dat had je met Heidegger, heb je met Sloterdijk en nu verfrissend met Rosa. Tot bleek dat hij geen filosoof maar een socioloog is.

Geen turven van Rosa om te lezen. Wel veel om over na te denken en eigenlijk gemakkelijk door te lezen. Helemaal niet Heideggeriaans qua zijn en niet zijn en daartussen toch ergens aanwezig zijn in de mate dat zijn dan eventueel zijn kan zijn of kan worden. Ook niet de retoriek van Sloterdijk die altijd amuseert maar waar je het risico loopt om in zijn ‘turven’ het noorden kwijt te geraken.

Eenvoud siert. Een gedachte ontwikkelen met sier op een 120 bladzijden is op zich een kunst.

‘Leven in tijden van versnelling’ gaat over de snelheid van ons bestaan dat eigenlijk een versnelling is. Maar zonder wiskundige trucjes is de essentie van dit boek dat ook de versnelling versnelt. Geen constante versnelling en dus nauwelijks bij te houden en je daarom sowieso achterop geraakt hoe snel je ook wil gaan. Wat de nodige individuele en maatschappelijke frustraties tot gevolg heeft. De versnelling van de versnelling. Het is een kettingreactie die niet kan bijgehouden worden door (democratische, rechterlijke, onderwijs,…) instanties die vanuit het verleden zich gestaag maar erg traag aanpassen naar de toekomst. Ook niet door mensen die niet de middelen hebben om die versnelling als plezier te beschouwen.

Dat staat in schril contrast met ons leven. Zelden, zo schrijft Rosa, kan wie dan ook een vol biografisch leven delen met een individu. Een zo simpele waarheid die me erg trof. Onze biologie is traag en precair en zeer tijdelijk. Wat wij kunnen delen en snappen en chatten en gamen, is van een orde zonder wat het leven met ons doet. Hij pleit voor een resonantie. Voor fysici is dit een vorm van in ritme komen met datgene waarop je stapt of waar je bent en waardoor de eigenfrequentie wordt aangewakkerd en de amplitude opeens veel groter wordt. Iets wat niet altijd zonder gevaar is, dat zoeken naar resonantie. Rosa bedoelt het natuurlijk eerder in romantische, filosofische zin. Tijd nemen om je te laten omgeven door een omgeving die jou (nog altijd) zal overleven. Een belangrijk essentieel weten omdat wij, als levende wezens met onze afkomst en biologie, nu eenmaal op die manier onze weg zoeken en tot rust en creativiteit komen.

 

In dat eerste werk raakt Rosa ook al ‘onbeschikbaarheid’ aan. Nog zo’n ondenkbaar idee in tijden van versnelde versnelling. Onbeschikbaar zijn. 

In onze honger naar steeds meer weten, op alle mogelijke wetenschappelijke en soms ‘eigenaardige’ vlakken, lopen we onszelf voorbij. Waarover je heerst, is niet meer van jou. Wat je weet, zijn data geworden.

Daarin schuilt een gevaar van vervreemding die zich steeds sneller versnelt. Dus stelt deze filosoof zich de vraag hoe je omgaat met wat onbeheersbaar en onbeschikbaar is. Of we daar ruimte voor maken en nog kunnen maken gezien onze drang naar weten, heersen en schikken of beschikken.

Hij maakt en cours de route nog een mooi onderscheid tussen toegankelijkheid en beschikbaarheid. Twee totaal verschillende zaken die politici van de toekomst best eens kunnen leren onderscheiden. Als ze tenminste niet aan de versnelling van de versnelling onderhevig zijn.

Het rare is dat het eenvoudige aan dit idee van ‘onbeschikbaarheid’ maar toegankelijk blijven, een keerpunt kan worden in een maatschappelijk debat. Rosa heeft mijn hart gewonnen.

 

 

Alledaags utopia, Kristen R. Ghodsee, Epo, 2023****

Een aangenaam te lezen verhaal over wat op, dit moment, waar ook ter wereld, iets benadert wat ‘utopia’ kan zijn. Het summum van samenleven als een geheel van economisch rendabel, sociaal invoelend, ecologisch verantwoord en zonder dwang. Soms gaat het over kortstondige projecten, andere duurden bijna een eeuwlang, zoals de industriële droom in Guise (Noord-Frankrijk) nog altijd een idee geeft van hoe kapitaal, industrie, arbeid en onderwijs tot een geheel willen komen in de beste voorwaarden. Overigens absoluut een bezoek waard!

Startend dacht ik niets te vinden in dit boek te midden van een wereld die verre van utopisch is. Een utopie om over ‘utopia’ te schrijven. Naderhand herzag ik mijn mening. Omdat de auteur goed gedocumenteerd en ook zeer breed gaat in het streven naar ‘verbetering’ op een aantal cruciale punten in onze historiek en nog altijd hoekstenen van onze samenleving vormen, zelfs fundamenten van overleving. Denk aan wonen, arbeid en winst, onderwijs, netwerken van liefde en zorg, respect en toekomst geven aan de natuur.

Niets nieuws onder de zon. Maar de verdienste van dit boek zit net in hoe kleinschalige ‘utopia’ werden gebouwd, soms decennia lang overleefden en dan toch verdwenen. Hoe kleinschalige andere wijzen van organiseren ons iets kunnen leren om deze planeet en de mensen, onze dierbare nabestaanden, die daar straks leven een toekomst te geven.

Het boek leest vlot. Soms iets te veel naar Oost-Europa gericht naar mijn gevoel en soms ook te persoonlijk. De auteur is soms te nauw verweven met haar onderwerp en dat stoort me soms. Maar tegen alle verwachting in, zeer graag gelezen.

Fictie literair

Romeinse verhalen, Jhumpa Lahiri, Atlas Contact, 2023****

Mijn eerste kennismaking met Lahiri was ‘Een tijdelijk ongemak’ maar absoluut niet ongemakkelijk las. Nog altijd blijf ik gefascineerd door haar kracht. Het ongemak van leven, de taalbeheersing, de details zo onooglijk maar uitvergroot zo duidelijk. Een ontrafeling van onze actuele maatschappij die niet gemaakt voor wie ‘vreemd’ is.

Haar stijl is verraderlijk eenvoudig. Niet en nooit te verwarren met simplistisch. Wat ze beschrijft, soms bijna onbelangrijk, heeft zijn belang in het leven van de personages. Dat is volgens mij subliem schrijven. 

Na ‘De naamgenoten’ en ‘’Vreemd land’ las ik nu ‘Romeinse verhalen’. Lahiri schrijft met kennis van zaken. Ze is Indische, lang gewoond in New York en dan ook in Italië, meer bepaald in Rome, een stek gevonden. Ze weet wat leven is als buitenstaander maar verkent dat leven als ‘binnenstaander’.

‘Romeinse verhalen’ zijn verhalen met een herkenbare, bittere kant. Altijd op lichte voet geschreven worden zware thema’s niet ontweken. Je leert iets bij als autochtoon. Soms gaat dat ook over schaamrood omdat de primitieve angst voor andere culturen in het rijke Westen maar niet overgaat.

Alle boeken van Lahiri zijn een aanrader. Maar de twee verhalenbundels ‘Een tijdelijk ongemak’ en ‘Romeinse verhalen’ zijn zo pregnant dat ik ze alleen maar kan aanbevelen.

 

Lege kasten, Maria Judite de Carvalho, De Bezige Bij, 2023****

Portugal is Spanje niet. Zelfs de taal op straat verschilt nogal wat. Toch hebben de twee landen veel gemeen. Zuiders temperament, een warm mediterraans klimaat (normaal gezien) en behoorlijk wat haventrafiek. Beide landen werden eeuwenlang door een katholiek regime overheerst. Met de pracht en praal in de straten, de zwijgplicht en onderdrukking van vrouwen in de huizen.

Er waren in de vorige eeuw revoluties nodig om die landen te bevrijden van een juk die hen nillens willens afstand liet nemen van de rest van Europa. Soms vergeten we het verleden. Gelukkig is er literatuur die ons daaraan herinnert.

Zo las ik graag dit boek van een auteur die stierf in 1998. Ze schilderde, schreef en was bezig met de situatie van vrouwen. Op zich een teken dat zo’n boek terug kansen krijgt.

Want het boek is goed. Is nog altijd herkenbaar voor vrouwen geboren in de jaren ’60 vorige eeuw. Je leest de strijd en het ongemak. Het onderdanige en het venijn. De humor en de overlevingsdrang. Voor mij een mooie kennismaking met een vrouw die wellicht ook haar strijd streed in Portugal, tijdens die jaren. Mooi van stijl, goed in elkaar gezet. Een tijdsdocument dat in staat is een aantal decennia te overschrijven. Met veel respect voor de vrouwen die nu een vuist maken in Spanje. Maar nee, het zijn twee aparte landen. Absoluut niet te vergelijken…

 

 

Bob, Helle Helle, Querido, 2022***

Een nieuwe van Helle Helle. Uiteraard is het de onderkoelde schrijverij die blijft boeien. Dat onaanraakbare, dat gekapte van een taal die ook daar ‘natuurlijk’ is. Dat blijft. Helle Helle moet schrijven en herschrijven en vooral schrappen, vermoed ik. Altijd opnieuw. Alles uitgepuurd in Scandinavisch licht. 

Al kon dit boek me net iets minder bekoren. Misschien te ‘gewoon’ ondanks het cassante schrijven. Je kan als auteur iets uitlichten, maar dan moet je het wel kansen geven. Uitpuren en dan ook nauw gaan in de thematiek… daar word je als lezer wat ongemakkelijk van.

Dat is misschien wat ik net had verwacht. Een totaal ander onderwerp met eenzelfde breedte en scherpe punten. De punten en de scherpte blijven haar stijl. De breedte en daarmee ook het begrip vielen wat weg in dit boek. De taal is al wat vreemd. Neem daarbij nog een randfiguur en dito toestanden. Dan wordt dit een stilistisch perfect verhaal waar weinig lezers zich in herkennen. Mooi voor de taal. Minder voor het verhaal.

 

De onbedoelden, Cobi van Baars, Atlas Contact, 2023***

Bezwaarlijk een mooi boek te noemen. Maar wel aangrijpend en ook een frame van een bepaalde tijd. Iets wat nu verdwijnt maar uiteindelijk tot voor kort veel levens richting, zin of onzin gaven. Plaats is het katholieke Limburg. Adopteren is soms later een kwestie van verteren na het zoeken. De titel is goed gekozen. Het verhaal soms ietwat te romantisch met zijwegen die je in deze harde thematiek beter negeert. Je moet het niet harder maken omdat de wereld nu hard is. Hard is hard genoeg. Dan schrijven oudere auteurs weer over de jonge wereld en dan is het niet honderd procent geloofwaardig.

De plot zit goed in elkaar.  De stijl is mooi en gaaf. Her verhaal lag me niet zo. De auteur wel.

 

De Pool, J.M.Coetzee, Cossee, 2023***

Naarmate hij verder schrijft, lijkt Coetzee getourmendeerder. Altijd opnieuw een zoektocht naar de ware en de waarheid of daartussen het leven van mensen.

Altijd is de meester aan het woord. De kleine wendingen, het ongemak uitvergroot, de zoektocht over wel of niet. Ook hier weer als een Pool Chopin komt spelen en uiteindelijk zijn Beatriz verleidt. Of zij hem even vasthoudt? Is er sprake van een Dante in Spanje?

Waarom is Beatriz getriggerd? Of toch niet en gewoon gedaan? Net zoals hij Chopin speelt? 

Het boek is opgedeeld in cijfers. Hoofddelen een en twee en drie… Dan weer onderdelen in een, twee, drie tot… Alsof alles op een maat zit en in delen vatbaar is. Misschien vooral die delen. Een mooie trouvaille die eigenlijk geen orgelpunt kent.

Coetzee gaat altijd over essentie van het bestaan. Eigenlijk zijn de personen in zijn oeuvre denkbeelden over dat bestaan. Zij bestaan nauwelijks. 

 

 

Thrillers

A sharp solitude, Christine Carbo, Atria, 2018***

Deze geef ik mee louter als goede verrassing. Het boek is enkel in de States en als e-book verkrijgbaar. Maar wie ooit Glacier, een nationaal park van de VS dichtbij de Canadese grens, bezoekt moet zeker iets van Carbo lezen. Ze woont zelf in de streek en kent dat ruige gebied op haar duim. Op zich nog geen garantie voor een goed boek. Op de luchthaven gekocht toch best tevreden met mijn impulsieve aankoop. Want het boek zit goed ineen, is correct van taal en de karakters zijn prima neergezet. Een kleine dip in het midden van het verhaal misschien, een te lange stilstand in de plot. Maar dan gaat het weer goed vooruit en de climax is goed gevonden. Intussen leer je zoveel bij over de streek en de mensen dat Reizen Waes erbij verbleekt.

 

De ontraadselaar, Fernando Pessoa, Koppernik, 2020*****

Toevallig viel mijn oog op dit boek dat ook zo mooi is uitgegeven. Felicitaties dus aan de uitgeverij. Pessoa is een van de meest illustere Portugese dichters. Verrassend dus om van zijn pen detectiveverhalen te vinden (die pas recentelijk vertaald zijn). 

Hij start met zijn verhaal zoals Kierkegaard dat ook doet in sommige van zijn werken. Als auteur je voordoen als een vriend van die auteur die verderop het hoofdpersonage blijkt te zijn. Als het goed misleidend geschreven is altijd raak voor een verbazende en grappige entry. De verhalen zijn relatief kort. Behalve ‘De dood in de steeg – de zaak Vargas’. Goed voor een grote honderd bladzijden vol zetwerk. Uiteindelijk gaat het om raadsels die met deductie moeten opgelost worden. Als lezer krijg je de info. De arts Abilo Quaeresma legt wat feit en fictie is naast elkaar, denkt na en ontraadselt. Je krijgt als lezer alle inzicht in zijn logica die onverbiddelijk rationeel is. Veel minder romantisch dan de de ouderwetse en ook modernere whodunits. Je leest een gedachtegang in vrij geconcentreerd taalgebruik. In dat laatste herken je ook de dichter.

Door die concentratie vraagt het boek alle aandacht. Maar goed, wie houdt van ontraadselen dient te focussen. Voor mensen die het liever romantisch zien, raad ik dit boek niet aan.

 

 

Picknick bij maanlicht, Margaret Kennedy, Atlas Contact, 2023***

Het gaat om een werk geschreven in 1950 en pas nu in vertaling beschikbaar. Het boek speelt zich af in Cornwall, net na de Tweede Wereldoorlog. Engelser kun je de plot niet bedenken. Een toevallig samenzijn van een aantal personages verblijvend in een hotel op een klif. Uiteenlopende types die eerst niet lijken te passen, dan soms toch elkaar vinden of net uit elkaar groeien. Iets wat automatisch doet denken aan Dorothy Sayers of Agatha Christie. Mooie typering, een vlotte stijl en intrigerend. De climax is er misschien wat over maar toch een boek die je af en toe doet schaterlachen en tot op het einde boeit. Op zich al een kunst. Door de dramatische wending lijkt het wel een wake-up call te zijn voor de klimaatverandering maar in de jaren vijftig van vorige eeuw was daar weinig sprake van. De Club van Rome had nog zijn rapport niet uit en de wonden van de oorlog zinderen nog na. Zeker in het Engeland van die jaren.

Echt een goed vakantieboek of eentje voor straks in een ouderwets café.

 

Gelezen XXV

Annick Vansevenant

voor Boekhandel De Zondvloed

Editie mei 2023

 

Fictie literair

Toen de wereld brak, John Boyne, Meulenhoff, 2022*****

De omslagcover waarmee de uitgever het boek siert, verwijst direct naar een vorig boek van Boyne (‘De jongen in de gestreepte pyjama’). De Tweede Wereldoorlog staat opnieuw centraal in deze roman maar ingenieus anders. De dochter van een voormalig Nazi-kampcommandant woont onder een andere naam in Londen en draagt haar herinneringen, als tachtig-plusser, met zich mee. In stilte. Tot de stilte breekt en bij de buren sprake is van grof gezinsgeweld. Aarzelend sluit ze vriendschap met Henry, het buurzoontje van acht. Ze komt erachter dat de vader zowel de zoon als de moeder terroriseert. Ze laat dit merken en de geweldpleger, een rijke filmproducer, gaat op zoek naar haar verleden. Hij ontdekt haar zwakke plek en probeert een deal te maken. Zwijgen of ‘We weten allebei van niets’. Tot het geweld naast de deur opnieuw losbarst. 

Adembenemend hoe Boyne alles zo intiem correct beschrijft: teder maar ook niet weg van deze wereld en met geslepen potloodpunt fijnzinnig de dilemma’s van de vorige eeuw opnieuw tot leven brengt in een verhouding tussen drie generaties. Gewaagd qua opzet en geslaagd qua resultaat. Menselijk uitgespit, historisch gedragen, spannende wendingen en vlot van stijl zonder een woord te veel.

Voor mij voorlopig het mooiste boek dat ik las in 2023. Komt zeker in mijn Top 100 aller tijden...

 

Bournville, Jonathan Coe, De Bezige Bij, 2022***

Een schrijver die me interesseert omwille van zijn Britse humor over… Britten. Hoe het kleinmenselijke verscholen ligt achter hun flegmatiek, de spreekwoordelijke stiff upper lip. Hoe het leven, de romantiek, de talrijke ups en downs achter de maskerade van de zogenaamde untouchables tekeer gaan. Hij beschrijft het met humor en met kennis van het Britse leven voorbehouden aan de Britten die de relativiteit van hun levenswijze onder ogen willen en durven zien.

Toch beantwoordde het boek niet aan mijn verwachtingen. Misschien een teveel aan déjà vu. Zijn vroegere werk ‘Het moordende testament’ was nieuw en verademend leuk. Dit is een flauwe afspiegeling van nogmaals hetzelfde. Wat andere maar vergelijkbare personages, de kleine wereld geïnfiltreerd door het scherm en wereldwijde gebeurtenissen, de ontluiking van het meer dan wat werd voorgespiegeld als absolute waarheid en dan grenzen doorbreekt. Coe verrast niet. Er zijn grenzen aan de verbeelding om telkens opnieuw de sixties mee te maken in een livingroom ergens te velde in… Bournville.

Nee, dit boek is geen hoogstandje. Lezers verwijs ik graag door naar ‘Het moordend testament’ en ‘De regen voor hij valt’. 

 

Lessen, Ian McEwan, De Harmonie, 2023***

Erudiet is deze auteur zeker. Een schrijftalent premier grand cru. Maar soms is het evenwicht zoek. Te veel ineens willen schrijven, de wereld neerzetten op het leven van een opgroeiende jongen niet bepaald in ‘gewone’ omstandigheden vormt een moeilijk startpunt. Als dat leven nog met kunstgrepen wordt gekoppeld aan belangrijke maatschappelijke omwentelingen vanaf 1960 dan wordt het iets van ‘er over’.

Voor mij dus ontgoochelend. Omdat McEwan vooral wil tonen hoeveel hij weet. Naar mijn mening hoeft dat niet in een roman. Dan schrijf je beter een historisch werk of een essay over een of ander fenomeen, een raar feit of een reeks gebeurtenissen met gevolgen. Alles koppelen aan één personage en het sappig maken door een exotisch Engels seks-appeal was voor mij geen trigger. Het verhaal zou slechts één ster krijgen. De schrijfdeskundigheid van de auteur tilt het zwakke verhaal op. 

 

Het woud van Birnam, Eleanor Catton, Ambo/Anthos, 2023****

Na ‘Al wat schittert’ was ik zeker nieuwsgierig om de nieuweling van Catton te lezen. Altijd brengt zij het kosmopolitische binnen en dat op een zeer eigentijdse manier. Nieuwe maatschappelijke strijdpunten krijgen in haar boeken ruimte en worden ook ruim bekeken en bemeten. Daar merk ik een verwantschap met Julia Zeh al hebben deze twee auteurs totaal verschillende roots.

Een activistisch tuinderscollectief is bezig in Nieuw-Zeeland. Ze planten en telen gewassen op verwilderde plekken en proberen deze aan de man te brengen. Zonder veel succes. Maar afzien voor het goede doel hoort erbij en ‘afvallig’ kun je niet worden. Toch leeft er wat bij deze semi-sectaire gemeenschap. Iedereen heeft inspraak maar de een al meer dan de andere. In de anarchie bestaat een hiërarchie die zich voortzet in persoonlijke – soms zelfs seksuele – relaties. Niets menselijks is daar vreemd al wordt het ontkend door een rationalisatie binnen het grote discours. 

Twee toevallige omstandigheden zorgen voor een dramatische wending. De ex-vriend van de vrouwelijke leider van het collectief komt terug na jaren afwezigheid. Een aardverschuiving wat verderop maakt een gebied voor hen toegankelijk en kan het collectief een boost geven. Zeker nadat de hoofdfiguur kennis maakt met een magnaat die evengoed zijn oog liet vallen op datzelfde bijna onbewoonbare gebied. Conflicten en listen en menselijke misverstanden maken de plot spannend.

Catton werkt naar een climax al leek die voor mij een anticlimax. Maar dat kan ik niet verklappen. Ik raad het boek aan en zie mensen die het lezen de bladzijden verslinden en stilletjes glimlachen. Alternatief leven is niet altijd wat het lijkt...

 

Fictie spannend

The murders at Fleat House, Lucinda Riley, Panmacmillan, 2022*

Dit betreft een boek van ‘de’ Riley die een wereldwijde bestsellerreeks op haar naam heeft met de serie ‘The seven sisters’. Dit boek werd na haar dood in 2022 uitgegeven door haar zoon. Volgens zijn intro heeft hij zo goed als niets veranderd aan het concept van dit werk dat er lag in 2006. Toen was zij nog onbekend en kreeg ze het manuscript niet verkocht.

Op een luchthaven kocht ik dit boek. Deels wegens gebrek aan een beter aanbod en deels ook uit nieuwsgierigheid naar wat Riley nu eigenlijk betekent voor een lezersomnivoor. 

Bitter weinig dus. De plot is zo voorspelbaar, de omgeving zo bekend, het Agatha-Christie-syndroom zo aanwezig dat je je lachend afvraagt waarmee je je tijd vult. Eerlijk is eerlijk: ik heb het boek uitgelezen. Een zonde net voor de Paastijd. Ik hoop voor veel lezers dat haar andere serie toch stukken beter was.

 

Het lijk in de boomgaard, Geert Van Istendael, Houtekiet, 2017**

Hoe maakt iemand als Van Istendael een spannend moordverhaal? Wat is het onderscheid met Coppers of goede auteurs als Biebauw (‘Russisch voor beginners’)? De plot is net goed, de zoektocht matig en de climax minder dan matig. Voor liefhebbers van whodunits absoluut geen meerwaarde. Toch zijn er pluspunten. Door zijn kennis van onze hoofdstad Brussel, het verborgen leven in soms aparte en soms groenere zones dan verwacht in de rand van deze stad, het taaltje en misverstanden tussen dialecten van het binnenland (of de Far West) zijn dan weer een leuk pluspunt. 

Op zich goed geschreven maar mager qua idee. Wel leuk voor wie een weekendje Brussel aandoet en op een terras in de zon (?) even kan genieten van passage op straat en passages in het boek.

 

Heeft iemand Charlotte Salter gezien, Nicci FrenchAmbo/Anthos, 2023****

Aarzelend hieraan begonnen en na dertig bladzijden bijna voor bekeken gehouden. Het lijkt wel een ouverture van een mislukte opera. Alles komt op het toneel en niets hangt samen. Dat mag in een literaire thriller maar dan moet het uitgekiend en met mate aanleiding geven tot meer. Even ontbrak dat punt wat voor mij bijna een point of no return was. 

Naderhand komt er diepgang en verrassing. Startend dus van minus zero tot een aangename 27°. Dan toont het auteurskoppel weer dat ze de knepen van het vak kennen en per bladzijde niet dicht doen maar meer ruimte geven. 

Slotsom: een goeie zonder meer. Het lijkt wel wat op de champagne van Piper-Heidseck. Ongeacht het jaar, het klimaat of de bodemtoestand blijf je eenzelfde smaak genereren. Dat noemen ze op diverse domeinen vakmanschap. Een perfecte conclusie (waar overigens Coppers niet kan aan tippen). 

 

Non Fictie

 

Het ontstaan van de tijd, Thomas Herzog, Spectrum Lannoo, 2023*****

Herzorg is kosmoloog en hoogleraar aan de KULeuven. Hij werkte jaren samen met Stephen Hawking en samen werkten ze verder op het wat en hoe van de oorsprong van alles. Het ontstaan van de kosmos, het begin van de tijd. Of kan de tijd geen begin kennen?

Dit boek gaat geen filosofische discussies uit de weg, biedt soms leuke anekdotes over hoe eminenties met naam in kosmologie en fysica van mening verschillen, hoe veel ook op dit moment van de wetenschappelijke geschiedenis (tijd dus) op het randje staat van een ‘grote’ nieuwe theorie.

Enorm boeiend en ook zeer vreemd. Met de wet van actie en reactie zijn we allemaal vertrouwd. Het onzekerheidsprincipe van Heisenberg ligt al iets moeilijker. Waar iets is, is eerder een vraag van statistiek dan van exacte berekening. Einstein leerde ons hoe tijd en ruimte eigenlijk eenzelfde soort dimensies zijn.  Maar zijn speciale relativiteitstheorie ging verder in de algemene relativiteit. Daaruit bleek dat gravitatie, tot dan toe onderschat als kracht t.o.v. van elektromagnetisme en de zwakke en sterke kernkrachten, opeens weer fundamenteel is voor de kosmos en alle bestaan. Nee dus: geen macrokosmos die niet samenvalt met de microkosmos.

Fotonen waren het eerste punt van discussie wat ‘golven’ zijn en wat ‘deeltjes’. Kunnen deeltjes zonder massa wel deeltjes zijn? En wat zijn ze dan werkelijk? 

En kan een mens de kosmos waar hij of zij deel van uitmaakt, bestuderen zonder storing aan te brengen? Kunnen wij onszelf in de kosmos, op deze planeet, in dit zonnestelsel, in deze nevel echt bestuderen en achterhalen waar of wanneer het begin lag? Hoe kijken we dan eigenlijk? Vanuit het begin of rakelen we nu het verleden op dankzij nieuwe middelen? 

Ik vond het een schitterend boek. Maar het vraagt van de lezer enige kennis over natuurkunde. Op 400 bladzijden alles uitleggen, is onmogelijk. Dus ga je soms snel over vrij complexe systemen. Ook al omdat wat je als mens waarneemt, helemaal niet statistisch is maar eerder een zekerheid. Ingenieurs bouwen bruggen, auto’s rijden en vliegtuigen vliegen. Dat verschil gaat de auteur niet uit de weg en dat is een grote verdienste, vind ik.

Terugkijken in het verleden, vanuit ons standpunt, is een vreemde uitstap. Niet alle raadsels zijn opgelost maar hoe wij ons bewegen en ons leven beleven is echt wel een apart avontuur als je de kosmos ‘leest’. Ruimte, tijd en informatiestapeling zijn essentieel. 

Een aanrader voor jonge wetenschappers en voor ex-wetenschappers die graag een halve eeuw later geboren waren!

 

Gerechtigheid voor dieren, Martha C.Nussbaum, Querido Facto, 2023***

Intussen meer dan over de pensioenleeftijd blijft Nussbaum (75 jaar) bezig om haar capabiliteitstheorie toe te passen op diverse domeinen. Dit boek is opgedragen ‘uit liefde’ aan haar dochter Rachel die overleed in 2017. Haar dochter was geëngageerd in dierenrechten en de juridische context daaromtrent. 

Een lijvig boek over zeer veel. Want dieren zijn (nog altijd) talrijker dan mensen en welke dieren kunnen een vorm van recht claimen als ze opgesloten, gefokt, mishandeld en opgegeten worden door de mens die almachtig is op deze planeet? Dit zijn juridisch niet de gemakkelijkste kwesties. Kan een dier, gaande van gezelschapsdier tot ‘wild’ dier een rechthebbende worden?

Vanuit de capabiliteitstheorie die Nussbaum ontwikkelde, jaren geleden in samenwerking met Ayarta Sen, wil ze haar theorie toepassen op dierenrechten. 

Als lezer is het even wennen om dieren als een ‘beklaagde’ te kunnen zien in een rechtbank. Hoe doe je dat in godsnaam? En wie is dan betrokken partij? En hoe begrijpen we het dier en de rechten van het dier?

Hoe wild is de wildernis in onze natuur en hoeveel geld wordt verdiend met stukjes wildernis als tentoonstelling aan te bieden? Dat zijn zeer pertinente vragen die onze menselijke soort tot nederigheid dwingt. We zijn almachtig op deze planeet maar kunnen, voorlopig toch, niet zonder deze bol waarop veel dieren en planten de grond maakten en maken waarop wij leven en waarvan we leven.

Een terechte aanklacht tegen agro-industrie, tegen een te grote vleesconsumptie, tegen het inperken van ruimte voor dieren die geen circusattractie moeten zijn maar evengoed levende wezens met emoties, met ambities en met vooruitzichten. 

Nussbaum is grote fan van Frans De Waal die ook in een van de vorige blogs aan bod kwam. 

In dit boek gaat de juridisch-filosofe soms te ver. Soms niet ver genoeg. Het verschil tussen vissen en kraakbeenvissen lijkt mij bijvoorbeeld nogal vreemd. Al ben ik geen fan van insecten maar ze uitsluiten op rechten blijkt dan weer een opportunistisch gegeven. Ook in het dierenrijk blijkt het hemd nader dan de rok. Wie bezig is met planten of bomen (zoals Peter Wohlleben) is overtuigd dat ook hier sprake is van ondersteuning en solidariteit. Op een manier die wij nauwelijks vatten of begrijpen of niet ‘zintuiglijk’ kunnen tasten.

Een feit is zeker. Dit boek moet je als mens die zoekt naar een correcte plaats en omgang met onze omgeving op deze planeet, zeker lezen. Het leest overigens zeer boeiend. Al kunnen wel 100 bladzijden geschrapt worden wegens een teveel aan herhaling.

 

150 ultieme eilanden, Kosmos Uitgevers, 2023***

Het betreft een uitgave van lonely@planet en is door de uitgever mooi vorm gegeven. Eilanden spreken tot de verbeelding zowel voor avonturiers, literaire exploten en biologen/klimatologen. Een eiland vinden om even te vertoeven, lijkt zoiets als Paradise Island. 

Een reis naar de meest geweldige eilanden ter wereld. En inderdaad, het gaat van klein naar groot overal ter wereld. Helemaal iets anders dan ‘Atlas of remote islands’ (Judith Schalansky, Penguin Group, 2010).  

150 eilanden bespreken op een bestek van zo’n 320 bladzijden is niet min. Elk eiland, hoe groot ook, krijgt exact twee bladzijden. Als een soort voorgerecht op een eiland dat piepklein kan zijn zoals bv.  de Trang Islands in Thailand of reusachtig kan zijn zoals bv. Groenland of Madagascar. Eilanden zijn eilanden ongeacht de grootte en krijgen evenveel ruimte. Dat maakt het boek toegankelijk maar ook wat vreemd. 

Wel een ontdekkingsreis op zich. Je krijgt op kort bestek de correcte coördinaten, een summiere intro, een typisch fenomeen van daar, een landkaart en tips over wat je best niet mist eenmaal daar.

Voor wie schatten van eilanden zoekt, absoluut aan te raden als inspiratiebron. Maar voor wie zich voorbereidt op een specifieke eilandreis komt dit boek te kort aan diepgaande informatie. 

 

Vogels van Europa, Noordboek Natuur, 2023*****

De ondertitel van dit boek spreekt boekdelen: ‘de meest complete fotogids’. Met vogels van Europa in het vizier. Als amateur-vogelliefhebber hou ik meer van tekeningen. Foto’s zijn soms te flou, soms niet goed belicht of dan weer te veel verborgen in het groen. Zeker in vogelvlucht geven foto’s weinig mee.

Dit boek bewijst dat het anders kan. Eigenlijk de eerste in zijn soort die ik kan appreciëren als naslagwerk. Mooi uitgesneden beelden van koppen, vleugels en vogels in vlucht. Mooi ondergebracht in vergelijkbare elementen. Gierig op foto’s is dit boek niet en bijvoorbeeld wat betreft meeuwen zie je alle stadia van de groei. Absoluut niet simpel als je begint aan zee… 

De foto’s krijgen de voorrang. Kaarten van voorkomen en broedgebieden zijn wat kleiner gezet en ook de uitleg is miniem. Goed is wel de verschillen te kunnen zien tussen mannetje-vrouwtje, eerste jaar en dan volwassen look,… Ook de kleine verschillen in determinatie van gelijkaardige vogels of vogelfamilies zetten je op het juiste spoor. 

Maar dit boek is geen veldgids. Het boek heeft volume en weegt net iets minder dan 2 kg. Te veel voor de rugzak van de dagstapper. Als encyclopedie of naslagwerk is het een schitterende aanwinst in jouw vogelbibliotheek.

 

Gelezen XXV

Annick Vansevenant

voor De Zondvloed Boekhandel/ R &M

Editie nieuwjaar 2023

Fictie literair

 

De klok van IJsland, Halldór Laxness, De Geus, 2005****

Het hoeft niet altijd een nieuw boek te zijn om te genieten. Laxness won de Nobelprijs voor Literatuur in 1955 en verzamelaars zullen dit werk ook in een oudere vertaling terugvinden ( de reeks van Pantheon der Nobelprijswinnaars literatuur, uitgiftedatum 1957, Heideland Hasselt). Voorafgegaan door bladzijden vol bespiegelingen over IJsland en de auteur. Op zich al een avontuur.

Tot daar de bibliofiele historiek. Het boek is een wonderlijk avontuur van een lieve, lepe schurk. Hij ontsnapt aan zowat alles en blijft een survivor pur sang. De moeilijke relatie tussen IJsland en Denemarken krijgt hier literaire allures. De hoofdfiguur blijkt ietwat de Robin Hood van IJsland. Het lezen van dit boek leerde me een land kennen dat anders is dan wat toeristen zien of meemaken. Er is een vorm van code, van elkaar begrijpen en onbegrip, van isolement en warmte. Ook het onderscheid in klasse tussen boer en adel en intellectueel blijft verrassend actueel.

Zeer mooi en vermakelijk geschreven. Alvast een aanrader voor wie IJslandvaarder wil worden in 2023.

 

Het voorval, Annie Ernaux , arbeiderspers, 2004****

De jaren, Annie Ernaux, arbeiderspers, 2020***

Nog een Nobelprijswinnaar voor Literatuur; ditmaal liep deze Franse auteur in de kijker (2022). Onbekend is onbemind dus… lezen maar. Het was wat mij betrof een eerste kennismaking met Ernaux. Ik las van haar twee boeken, in volgorde zoals in de titel hierboven aangegeven. 

 

‘Het voorval’ vond ik een accuraat, bijna klinisch boek over een jonge vrouw die kiest voor een abortus. Deze historie (want geen fictie maar autobiografisch) speelt zich af in de jaren ’60 in Frankrijk. Vrouwen waren toen nog geen baas in eigen buik en ja, ‘l histoire se répète gezien bepaalde internationale evoluties. Hoe Ernaux beschrijft wat haar twijfels waren, haar ervaringen, haar zoektocht naar betrouwbaarheid zowel bij de vader als bij de engeltjesmakers… is huiveringwekkend.  Hier is een vrouw aan het schrijven die én kan schrijven én weet waarover ze het heeft. Intimiteit op afstand volhouden. Je moet het kunnen.

Dus begon ik met heel veel verwachtingen aan ‘De jaren’. Het magnus opum van Ernaux aldus de pers. Nu ja, stel je geen turf voor. Het boek beslaat in deze vertaling zo’n 228 bladzijden. Leest vlot door en voor wie een paar of meer grijze haren heeft of haren mist, zal soms met de glimlach lezen. Maar niet meer dan dat. Vermakelijk, herkenbaar, een soort van tijdloze 100 in boekvorm. Maar hier ontbrak voor mij de ziel, de vrouw achter de pen. Dit kon door wie dan ook geschreven worden die ietwat kon schrijven en er een dagboek op nahield. Het boek kon mij niet zo bekoren. Er zijn er andere, ook door vrouwen met geestdrift en moed geschreven, die evengoed de nobele prijs verdienen. Waarom niet de auteur die hierna volgt?

 

Het schaarse licht, Nino Haratischwili, Meridiaan Uitgevers, 2022****

Altijd is het bekend en altijd is het vreemd als je deze auteur leest. Het voelt westers aan maar toch een tikkeltje anders. Het voelt Slavisch aan en toch niet helemaal. Georgië is een kruispunt van culturen. Rijk aan historie, enorm qua natuur en vriendelijk voor wie dit land bezoekt. Het is de derde roman van deze auteur en net als de twee andere vrij beklijvend en niet vrijblijvend. Altijd is er de toon van agressie, van onderdrukking, van tegen beter weten in proberen beter te doen en niet weten of dit naderhand lukt. Gebroken levens, gebroken harten en een totaliteit van leven.

Deze roman verhaalt het leven van vier vriendinnen. Aarzelend in het ontmoeten, splitsend in het leven dat volgt. Niet alleen uit eigen wil maar ook door politieke omstandigheden. Politiek die altijd ingrijpt en individuele levens tekent. Dat is altijd de teneur bij Haratischwili. Raar maar waar, maar dit keer is het epicentrum van het verhaal Brussel, Bozar. Hier vinden drie van de vier vriendinnen zich terug bij een fototentoonstelling van de vierde vriendin, een fotografe die overleden is.

Beetje bij beetje wordt het verhaal opgebouwd en de auteur schrijft eenvoudig naar het hart. Alles leest als een trein. Soms iets te breedsprakerig wat de aandacht doet verslappen na 400 bladzijden. Maar op het eind is het weer verslinden en verbijsterd achterblijven. Alles passeert de revue. Georganiseerde misdaad, generatiekloof, hartstocht, haat, liefde in alle vormen, terreur en het zoeken naar contact. 

Haar vorige twee boeken gaf ik vijf sterren. Deze vier. Omdat er een dip is van 100 bladzijden in een boek dat toch zijn tijd vraagt. Toch staat het buiten kijf; deze vrouw schrijft met hart en weet waarover ze praat.

 

Sleutelwoorden, Louise Erdrich, Spectrum, 2022***

Dit boek leest herkenbaar en blijft vreemd. De VS is ons niet zo vreemd. Rassenhaat, absurditeit à la Trump en een noord-zuid verdeling die de VS blijft verdelen. Maar de ‘sleutel’figuren in deze roman zijn meer dan dat. Zij leven in een cultuur die de hunne niet is en waar ze toch zaken doen. In dit geval een boekhandel runnen. Op zich een mooi uitgangspunt maar dan begint het vreemde. Een gestorven klant komt spoken en zet het leven van de hoofdfiguur Tookie ondersteboven. Je wordt lezend ondergedompeld in de Indiase cultuur.

Magie en realisme. Aspecten die worden gekoppeld met het actuele beeld van een pandemie én de moord op George Floyd. Opeens ontstaat een verwevenheid tussen de hoofdfiguren en keiharde realiteit. Soms moeilijk te volgen. Op een of andere manier voor mij zelfs een cultuurshock. 

Los van deze vreemde koppeling lees ik hier een auteur die fantastisch schrijft. Fantastisch dan in alle betekenissen van het woord. Haar boek ‘De nachtwaker’, waarmee ze de Pulitzerprijs 2021 won, ligt nog klaar om te lezen. 

Met alle respect, maar ik schakel toch even een ontwenningsperiode in om een van de volgende maanden daaraan te beginnen.

 

De jongen, de mol, de vos en het paard, Charlie Mackey, Kokboekencentrum, 2022****

Iedereen zoekt iets en allen helpen op hun manier. Het klinkt melig en het blijft ietwat kleverig hangen. Toch is het een mooi gebracht verhaal omdat we soms vergeten hoe we, ondanks alles, willen helpen. Ontroerend maar vrij strak gebracht. Geen felle kleuren. Het verhaal blijft in tinten van grijs, blauw, wit, bruin. Dat is wennen voor het jonge volkje.

Maar het verhaal neemt je op sleeptouw. Soms ook met verrassingen. Een boom die lijkt op een taart? Dat kan. Een paard dat kon vliegen maar niet langer durfde omdat andere paarden jaloers waren. Dat kan.

Uiteindelijk vindt de jongen een thuis. Melig? Absoluut. Te doen? Absoluut.

Jammer misschien dat de teksten in een kalligrafie worden gezet waardoor het boek eerder geschikt is als voorleesboek. Eigenlijk kon het ook een leesboek worden. Dat is een gemiste kans. Anders gaf ik dit boek zeker vijf sterren. Het boek werd verfilmd. De vertaling is van Arthur Japin.

 

Fictie spannend

Luister naar mij, Tess Gerritsen, The house of books, 2022***

Het meest recente boek over het duo Isles en Rizzoli waar de vorige verhalen goed waren voor wereldwijde bestsellers. De ene is rechercheur en de andere patholoog-anatoom. Voor mij het eerste wat ik las van Gerritsen.

De stijl is vlot, de intrige goed opgebouwd en de personages correct genuanceerd neergezet. Kortom, dit boek leest als een trein en je leest dit boek dus best op een trein, in een wachtzaal of een nachttrein als je de slaap niet kunt vatten.

Goed gedocumenteerd, dat wel. Maar de oppervlakkige en doorzichtige stijl van schrijven maakt er een soort weekendfilm van. Leuke entertainment. Niet echt literatuur. 

Ik vind bv. Patricia Cornwell dan stukken beter.

 

De Kremlinfluisteraar, Giuliano da Empoli, Atlas Contact, 2022*****

Wat betreft dit boek kunnen meningen verschillen. Is dit fictie? Is dit research van het beste wat journalisten kunnen geven? Feit is dat wie denkt dat dit een whodunit is, een soort paardenfluisteraar in Rusland met de nodige emoties, is eraan voor de moeite. Dit is een vreemd boek over een land dat enerzijds dichtbij en anderzijds zo ver van ons afstaat. Rusland.

De hoofdfiguur is van geen tel. Hij gaat op bezoek en laat de verteller aan het woord tot op het einde. Opgegroeid als theatermaker en tv-producent komt die verteller, Vadim Baranov, terecht in de kringen van de ‘tsaar’ van Rusland. De Vladimir. Hij wordt zijn spindoctor. Hij vertelt en blijft vertellen. De rest is van geen tel. Zijn verhaal is het boek. Niet alles is waar in dit boek. Niet alles is onwaar. Zoals de afkeer van Angela Merkel voor honden waar Poetin haar effectief mee plaagde. 

Als lezer twijfel je over afkeer en verbazing. Wij weten zo weinig over een land die met historiek, tradities en geografie zo nauw verbonden is met onze contreien. Het zogenaamde West-Europa ligt niet ver van de Oeral. Alvast minder ver dan de VS. Is Rusland de agressor? Is het Westen en de alliantie hier de bevrijder? Is het toevallig dat deze auteur zijn hoofdpersonage net als Zelenski laat vertrekken vanuit een theaterverleden?

Dit is een boek met roots. Enigszins afgrijselijk realistisch in dit jaar van een heftige Europese oorlog. Tegelijkertijd roept het vragen op.  Precies wat goede boeken moeten doen. Kansen geven tot reflectie.

Mooi qua opzet en ook geloofwaardig. Zoiets lees je zelden, zeker als het zo ‘brandend’ actueel is.

 

Non-Fictie

De kosmopolitische traditie, Martha C. Nussbaum, Querido Facto, 2022*****

Dit is er terug eentje à la Nussbaum. Altijd starten met de klassieken en voor wie geen klassieke opleiding volgde, is het even slikken en volhouden. Maar belangrijke ethische vragen zijn van alle tijden en je merkt dat de antwoorden op die vragen even aftastend blijven. Dat alleen al zet ons, hypermoderne mens in een supersonische digitale wereld, weer even op z’n plaats.

Het boek is bijna profetisch gezien geschreven nog voor de kwestie Oekraïne, Iran, Afghanistan,… Een van de pertinente vragen die Nussbaum stelt is in welke mate soevereiniteit ‘heilig’ is. Als landen getroffen worden door een ramp zoals overstroming, hongersnood, vulkaanuitbarstingen of aardbevingen, dan komt een systeem op gang voor hulp. Armoede roept medelijden op en dit lijkt logisch en wordt meestal goed georganiseerd op vrij korte termijn. Niemand stelt zich hierbij vragen tenzij de opluchting dat het niet in onze backyard was. Maar als een staat burgers, bepaalde doelgroepen systematisch onderdrukt hetzij etnisch hetzij omwille van religie hetzij omwille van geaardheid hetzij omwille van liefde voor absolute macht dan stelt ‘de’ wereld zich vrij diplomatisch op. Dat is zowat de essentie van dit boek. Volgens Nussbaum is deze diplomatie als ze louter diplomatisch blijft zowat een misdaad voor de mensen die monddood worden gemaakt. Als het gaat om materiële armoede worden grenzen snel overschreden. Als het gaat om wat zich boven de materiële ongelijkheid afspeelt, dan is er de paraplu van soevereiniteit waardoor grote misdaden en ongelijkheden in stand worden gehouden.

Nussbaum is geen filosofe. Ze is ethicus en jurist. En dankzij deze discipline tast zij de grenzen van het mogelijke af. Dit boek zal ik nog herlezen. Voor politici die deze blog lezen: Nussbaum schrijft vlot en verstaanbaar. Geen tijdverlies.

 

Klein-Brittannië, Lia van Bekhoven, Borgerhoff & Lamberigts, 2022*****

Nooit eerder had ik zo’n plezier met een boek dat grondig graaft in het heden en verleden, cultus en cultuur van een land zo dichtbij. Groot-Brittannië op z’n kantje beschreven met veel leuke zijsprongen. Het leest enorm plezierig weg en auteur Lia van Bekhoven weet waarover ze spreekt. Details zijn helemaal geen behangpapier maar maken net het karakter uit van dit rare land.  The Queen was net niet dood toen het boek af was. Ik kan me voorstellen dat de auteur, correspondente voor o.a. VRT,  daar even niet zo happy mee was.

Desalniettemin, de vele feiten, het inzicht in de diverse staten binnen dat wat zich ‘verenigd’ heet, is enorm boeiend. Diversiteit is al jaren een feit in dat land. Al is er geen land dat zich meer ‘our country’ noemt. Zo leer je leven met absurde politieke inzichten en blijf je nieuwsgierig van wat zich feitelijk afspeelt ‘behind’ het Kanaal. Monty Python in boekvorm met enige ernst. Being ernest is altijd ‘Wild’ tot in de toiletten van The House of Parliament.

Een absolute aanrader voor wie het nog aandurft dat nauw over te steken!

 

51 woorden voor sneeuw, Nancy Campbell, Noordboek, 2022****

Met de klimaatopwarming vergeten we wat sneeuw is. Sinds sneeuwstorm Elliot weten ze in Buffalo en omstreken perfect hoe sneeuw kan plezieren en isoleren en dodelijk kan zijn.

In elke taal, in veel culturen blijft de fascinatie voor sneeuw bestaan. Wat zich uit in een zeer diverse woordenschat.

Dit boek verhaalt op 51 manieren wat sneeuw betekent, gaande van Lapland tot Schotland, van Rusland tot China, van Canada tot Nederland, van Hawaï tot Tibet, van Turkije tot… Een woord, en telkens een ander woord voor wat zich vanuit neerslag kristalliseert tot sneeuw of iets sneeuwachtigs. Mooi uitgegeven en eigenlijk een hebbeding.

Campbell puurt ook taalkundig de betekenissen na en  hoe ze verwant zijn met het leven van dagen met sneeuw. Daarmee krijg je evengoed een inzicht in cultuur en beleven van natuur en klimaat.

Dit is een mooi seizoensboek. 

Gecombineerd met ‘Smilla’s gevoel voor sneeuw’ (P.Hoeg) een lekker warm thuisblijvertje. Of om lichtjes te huiveren kan ook ‘Het ijspaleis’ van Tarjei Vesaas het literaire hart verwarmen.

 

 

 

 

 

Gelezen XXIV

 

Annick Vansevenant

voor De Zondvloed Boekhandel/ R &M

Editie oktober 2022

 

Fictie literair

 

Wormmaan, Mariken Heitman, Atlas Contact, 2021*****

Twee eenlingen vormen een duo, ver weg van elkaar. De ene in Nederland en dan meer specifiek op een Waddeneiland. De ander, Ra, ergens in Indonesië en daar lange tijd terug startte net als de hoofdfiguur Elke, met een zoektocht naar wat kan groeien op een bepaalde plaats.

Technologie, hardnekkigheid in research al of niet avant la lettre, de combinatie van plaatsen en twee figuren die ietwat geïsoleerd staan of worden in hun samenleven. Relaties met mensen lijken moeilijk, deze met een begrijpen van de natuur iets makkelijker. Elke wordt in jurken gedwongen en voelt zich opgesloten in haar rol als vrouw. ‘Ik ga je niet troosten omdat mensen je “meneer” noemen’. Zo eenvoudig maar zo herkenbaar gezet voor mensen die niet thuishoren in het traditionele seks- of genderplaatje.

Een auteur om te onthouden en die durft, die 'door'schrijft. Doorklievend taalgebruik, rijk maar sober gezet. Complex, al is er nooit een overvloed te lezen. Eerlijk: ik ben stikjaloers omdat ze beter schrijft dan ik en ook trots omdat deze vrouw ook beter schrijft dan ouwe taalbrouwers die verheerlijkt worden door een oudere soort van mannen in een of andere canon. Dat belooft voor de toekomst!

 

De bomen, A. Alberts, Das Mag Uitgevers, 2022*****

Albert Alberts, een naam als een alliteratie die je niet kunt of durft verzinnen en dus echt is. De auteur was ambtenaar in Oost-Indië en werkte als politiek redacteur van De Groene Amsterdammer. ‘Groen’ en ‘De Bomen’ lijken wel gekoppeld. Maar zo eenvoudig ligt het niet. Aart, de hoofdfiguur, is een jongen net voor de puberteit. Zijn oom Albert is zijn vriend die net zoals de bomen steeds meer zijn leven binnendringt. Geen bomen als decor maar als wezens die innemen wat je beleeft, die met je meewandelen, die veranderen als jij verandert.

De Bomen is een korte roman ( zo’n 100 bladzijden) die leest als een sprookje al is het veel meer dan dat. Het is ook geen allegorie al lijkt het er soms wel op. Het is van mensen en een omgeving die zonder die omgeving niet kunnen en dan snel vreemd worden van zichzelf en anderen. De tekening van meester Barre, onderwijzer van Aart, komt tot leven in de fantasie van het kind. Hij ziet ze, hoort ze ademen, vangt hun geluiden op.

In de verte hoorde ik Peter Wohlleben met zijn fameuze boek over ‘Het leven van bomen’. Non-fictie maar op een of andere manier toch duidelijk makend dat bomen niet zomaar ‘standbeelden’ zijn maar een netwerk van communicatie op zich vormen. Wat een vreemd boek over iets 'gewoons' als bomen. De hoofdfiguur ziet ze niet als vreemd, eerder als kompanen, metgezellen onderweg. Precies wat bomen eigenlijk zijn, als je even nadenkt en je de pretentie van het ‘mens-zijn’ verliest. Zeer eenvoudig qua taalgebruik. Doet wat denken aan Nescio. Het ecologisch denken voorbij.

De Bomen is een ontroerend boek dat zich afspeelt om en rond 1917. Vreemd is dat de wereldgeschiedenis compleet ontbreekt. In die zin toch een sprookje?

 

Zuiderkruis, Claudio Magris,De Bezige Bij, 2020*****

Deze auteur, reeds een paar keer in de running voor de Nobelprijs Literatuur, balanceert als schrijver tussen romancier, filosoof en kosmopolitisch reiziger. Niet altijd de reis is belangrijk maar het onderweg zijn en door de verandering zelf je beeld, je wereldvisie, bijstellen. Zoals hij ergens in dit boek schrijft: ‘De echte vraag is niet waar je vandaan komt maar waar je naartoe gaat. De oorsprong is onzekerder dan het eindpunt’. Daarmee sluit hij nauw aan bij die andere geofilosoof, Peter Sloterdijk.

De roman verhaalt de reis naar het uiterste zuiden van onze planeet. Drie totaal verschillende types ondernemen de reis en confronteren wat ze meemaken met het eigen leven. Maar doorheen het verhaal weeft Magris de historiek en de culturele geschiedenis van dit werelddeel op een manier die nooit stoort. Eruditie lijkt hier vanzelfsprekend verweven met mooie taal en is dus geen instrument om eigen kennis te etaleren.

Het boek leest goed weg, telt 154 bladzijden, peanuts vergeleken met andere van zijn werken. Maar evengoed wondermooi.

Spoorloos, Garry Disher, Ambo/Anthos, 2022***

Een Australische literaire thriller. Dat zet je direct in een ander landschap en de geografie in dit boek is zeker niet onbelangrijk. Het neemt je kilometers mee.

De plot is niet echt origineel. Een zoon, politieman die in zijn vaders voetsporen trad, zoekt al jarenlang naar een vermist jongetje. Ook zijn moeder verdween in diezelfde tijd. Even uit het korps gezet wegens baldadigheid ten opzichte van een meerdere, gaat Charlie verder op onderzoek. Beetje bij beetje komen oude connecties boven water en het boek zet zich mooi naar een climax. De aandachtige lezer heeft hieraan geen whodunit. Dat is al snel duidelijk. Maar de lijnen blijven boeien tot op het eind.

Geen hoogvlieger maar best aangename lectuur voor een Indian Summer. Behalve dat dit klimaatfenomeen zich afspeelt op een ander continent.

 

Gouvernante, Wendy Holden, Ambo/Atlas, 2022**

Net voor de dood van Queen Elizabeth II las ik dit boek. Over een vergeten gouvernante die vergat te leven in opdracht van de zusjes Lillibeth en Margaret. Dit wordt wellicht een hype gezien de actuele toestand in het verglijden van de Lillibeth, die 70 jaar troonde als Queen Elisabeth II.

Dit is een geromantiseerd verhaal waarbij Holden op het einde zegt die gouvernante op het spoor te zijn gekomen. Over de historische waarheid kan ik geen uitsluitsel geven. Het boek krijgt iets minder sterren omdat ik enerzijds de vele herhalingen storend vind en anderzijds door het gebrek aan plot. Als de bitterheid die op het einde (en het begin) zo duidelijk is, had het boek iets harder en ook mooier kunnen worden.

Maar goed, het leest vlot door en is als of vakantielectuur of als actualiteit-en-romance een mogelijkheid.

 

Het donkere woud, Cixin Liu, Uitgeverij Prometheus, 2021*****

Het einde van de dood, Cixin Liu, Uitgeverij Prometheus, 2021*****

Deze twee boeken zijn het vervolg op ‘Het Drielichamenprobleem’, besproken in een vorige blog. Alle delen vragen hun tijd. Het gaat telkens om 600 tot 800 bladzijden, kleine zetting. Alles speelt zich af eeuwen verder t.o.v. onze tijd.

Een aantal personages blijven aanwezig in de trilogie die een aantal eeuwen omspant. Dat kan door een vergevorderde techniek van hibernatie. Een mooie truc om een springtijd te maken.

De boeken lezen als een trein. Nee, eigenlijk als een raket aangedreven met diverse stuwmotoren die een en ander in fase zetten en het ding met duizelingwekkende snelheid de kosmos insturen. Ik vermoed dat lezers die niet zo vertrouwd zijn met kosmologie, astrofysica en chaostheorie zullen afhaken door de uitzonderlijke doorgedreven vorm om een en ander natuurkundig uit te leggen.

Mijn raad is: als je dit niet wil begrijpen, lees dat diagonaal met de snelheid van het licht. Veel boeiender is hoe Liu vanuit de verre toekomst ook onze planeet aarde met een paar andere planeet-kompanen beschrijft. De kneuterigheid, het belang van de ene en diegene, het niet kunnen beslissen en de menselijkheid die uiteindelijk ook en altijd een prangende vraag blijft na kosmologische expedities. Lees je dit als science-fiction? Of als een persiflage op de bekrompen planetaire politiek in een wereld die de kosmos verkent? Liu is zowat de Jules Verne van nu. Zijn speculaties kloppen wonderbaarlijk goed met de nieuwe bevindingen die ons bereiken via de telescoop James Webb.

Deze trilogie is volgens mij het beste wat is geschreven in het kader van de bestaande wetenschap. Het is tegelijkertijd een manier om bescheiden naar politieke en sociale interventies te kijken. Maar ondanks de koude kosmos is het best een herkenbaar warm menselijk boek.

      

 

Non-fictie

 

De trein naar Tibet, Maja Wolny, Manteau, 2022****

De auteur onderneemt een reis vanuit Warschau naar Tibet. Naar het legendarische Lhasa. Daarmee treedt ze in de voetsporen van Alexandra David-Néel. Deze Belgische trok als eerste, soms onherkenbaar verkleed als allochtone, naar Tibet en Indië. Naar aanleiding van dit boek zocht ik iets op over deze vreemde David-Néel. Voorlopig weinig te vinden in het Nederlands maar toch pockets in het Frans: ‘Voyages et aventures de l’esprit’, Espaces Libres, 1994. En verder: ’L’Inde ou j’ai vécu’, Librairie Plon, 1951.

Terug naar Wolny. Ze beschrijft het trage reizen, de mensen, de stops, het publiek in de wagons. Maar ook mooie ontmoetingen die inzicht geven in het actuele leven midden een steppe, een vergeten grandioos gebied, een zich kilometers uitstrekkend territoir. Rijk aan diverse talen, een rariteit van leven, een genieten van contact door een enorme isolatie. Het boek leest als een trein en doet je goesting krijgen dit continent te verkennen. Voorlopig on hold wegens overduidelijke redenen.

Boeiend vond ik alvast de contrasten tussen oost en wat meer oostelijker. Eigenlijk gaat het om een continent dat wij beschrijven als Siberisch, als noorden en ondoorgrondelijk, als... niets. Dit boek bewijst met plezier het tegendeel.

 

Albania’s Mountain Queen, Marcus Tanner, I.B. Tauris, 2014***

Een van de zomertrends 2022 bleek een reis naar Albanië te zijn. Een van de armste landen van Europa, gelegen in het westen van de Balkan. Een strategisch goed gelegen gebied, dichtbij Italië en Griekenland en dus is een roerig verleden geen verrassing.

Me onbewust van het feit dat ik zo ‘trendy’ was, bezocht ik juni ll. het land met rugzak en via openbaar vervoer. Een avontuur op zich. In Shköder, de uitvalsbasis voor het noordelijk gebergte richting Montenegro, viel me een straatnaam op; ‘Rrugha Edith Durham’. Dat klonk niet als Albanees in de oren. Dus was het zoeken naar wie deze vrouw was. Een soort Florence Nightingale? Een Gertrude Bell? Wat speurwerk en navraag lichtten een tip van de sluier. Ook en vooral dankzij de verantwoordelijke van het historisch museum in die stad. Een man die overigens veel wist over ons land, Passendale, Congo en... het koningshuis. Dat tussen haakjes.

Durham, geboren in Londen in 1865, was de oudste van zeven. Na de vroege dood van haar vader kreeg zij als ongehuwde de rol van ‘mantelzorger’ voor haar moeder. Ietwat tegen haar zin werd ze ‘opgeslorpt’ en ‘opgesloten’ door en in familiale zorg. Pas toen ze bijna 40 was, trok ze naar de Balkan. Het werd liefde op het eerste zicht. Toen haar moeder overleed, was er geen houden meer aan en trok ze door de streek en de vele landen. Ze werd buitenlands correspondent voor Engelse kranten en rapporteerde nauwgezet hoe het ‘kruitvat Balkan’ in elkaar stak. Haar reputatie werd enorm zowel in diverse Balkanstaten als in haar homeland. Albanië was haar favoriet en zij werd de favoriet van de Albanezen die haar Mountain Queen noemden. Van Durham zelf vond ik in het land geen boek. Wel deze van Tanner die een soort biografie van haar aflevert. Maar het boek is niet echt romantisch. Eerder een vrij nauwgezette analyse, een opsomming van feiten en banden tussen volkeren en oorzaken van twisten tussen diverse kleine groepen. In die zin wel zeer verrijkend maar wie hier van Durham een geromantiseerde biografie verwacht is er aan voor de moeite.

 

 

De boomgrens, Ben Rawlence, Ten Have, 2022****

Dit keer geen alarmkreet over het Amazonewoud. Dit boek richt zich naar de noordelijke breedtegraden en beschrijft daar én het belang én de achteruitgang van boomgroei, boreale wouden en de invloed hiervan op het klimaat. Bomen staan centraal en dan vooral typische boomsoorten zoals de berk, hazelaar, els, lariks, populier, lijsterbes... worden uitvoerig beschreven. Een thematische trektocht door Canada, Groenland, Lapland, Siberië. Het verdwijnen van de wouden in deze streken zet zich nu om in geologische verarming die tevens op samenlevingen impact hebben.

Rawlence beschrijft het soms al wandelend. Dat maakt het gemakkelijk om te lezen en je leert enorm veel bij. Zijn empathie voor bomen, bijna voor iedere boom afzonderlijk is aangrijpend. Een enorm goed boek en aanbevelenswaardig voor een vergeten boomgrens.

 

 

De moderne theologen, Marcel Poorthuis en Wilken Veen (red.), Boom, 2022*

Het gebeurt zelden dat ik in deze blog een boek plaats geef die slechts één ster verdient. Maar het moest me van het hart. Theologen vormen de hardcore van de kerk. Ze praten over wetenschap en speculeren over het goddelijk zijn, vooral Goddelijk Zijn, op basis van eeuwenoude boeken en interpretaties van die boeken door intellectuele, gelovige voorgangers. Met de titel ‘De moderne theologen’ was ik toch benieuwd naar een nieuwe wind. Wat zeggen theologen vandaag? Hoe gaan zij om met ontkerkelijking? Met een verschuiving van geloof naar landen waar welzijn iets lager ligt dan in West-Europa? Waarop duidt dit?

Ik kocht dit boek (49.90 €) met hoge verwachtingen. Een goede verstaander heeft niet veel woorden nodig. Hier is niets modern aan. Het enige wat enigszins de titel kan vergoelijken is de aandacht voor theologen uit andere continenten, soms vertrekkend vanuit een andere godsdienst. Dat is de enige moderniteit die ik kon waarnemen. Het verplichte nummer ‘bevrijdingstheologie’ en ‘feministische theologie’ lijkt me enorm versleten op heden. Dat soort zaken hoorde thuis in de jaren ’80 van vorige eeuw. Nu noemen de redacteurs dit modern. Tja.

Om een voorbeeld te geven. Er komen veel theologen aan bod die enerzijds kort worden voorgesteld waarna een fragment uit hun tekst of boek komt. Tot daar aan toe. Maar snel bladeren leerde me dat de jongste onder hen geboren was in 1965 en zowat 90% stamt van de jaren 10- 20-30-40-50 vorige eeuw. Jong? Modern?

De totaliteit van kennis groeit exponentieel. Waar in de middeleeuwen kennis zich verdubbelde om de circa 100 jaar of nog meer, zien we nu een verdubbeling om de zes jaar. Met andere woorden: hoe modern zijn die tachtigers, zeventigers, zestigers nog? Er staat geen leeftijd op het denken, hoor ik je zeggen. Daar heb je een punt. Uiteraard ben ik beginnen lezen. Eigenlijk nog onschuldig begonnen. Tot ik de eerste twee hoofdstukken voorbij was (Anglicaanse Kerk en de Rooms-Katholieke Kerk). Dit is een taal die louter in het vakgebied wordt begrepen en mijlenver staat van de huidige (wetenschappelijke, medische en sociale) kennis. Perspectieven op de 21ste eeuw is de ondertitel van het boek. Ik heb nog een paar honderd bladzijden te gaan (een mens krijgt alvast veel papier voor zijn geld) maar ik twijfel of ik aan dit soort gesloten discours tijd wil verspillen.

Deze uitgave is uitgeverij Boom niet waardig. Behalve voor oude theologen die zich modern voelen als ze dit lezen.

Pagina 2 van 9